Reeds vroeger wees ik echter op de noodzakelijkheid van een zorgvuldige voorbereiding van de staatsmobilisatie. Gebeurt deze voorbereiding niet, dan zal in oorlogstijd van eene algemeene voedselvoorziening niet veel terecht komen. De operatiën zullen daardoor in hooge mate ongunstig beïnvloed kunnen worden, terwijl de mogelijkheid niet uitgesloten is, dat door het gemis aan voorbereiding zulke verwarde toestanden in het leven worden geroepen, dat het bieden van verderen tegenstand moet worden opgegeven. Doch al worden in vredestijd de gegevens behoorlijk verza meld en verwerkt, toch mag in oorlogstijd niet worden nagelaten om, door plaatselijke verkenningen, die gegevens nader aan te vullen. De troepenintendanten zijn daarvoor de aangewezen per sonen. Het contact, dat steeds tusschen de troepen en den etappendienst bestaat, kan dan verder worden benut om te zorgen, dat de resultaten dier verkenningen zoo spoedig mogelijk te bevoegder plaatse bekend worden. Daar kan er dan verder rekening mede gehouden worden. 12. GEVECHTSBEVEILIGING DOOR BRIGADE CAVALERIE. Wanneer we de „Gevechtshandleiding'' opslaan, zoo lezen we in punt 56: „De noodzakelijkheid van eene doeltreffende ge vechtsbeveiliging mag nimmer uit het oog worden verloren." Een verder uitwijden over deze stelling zal wel totaal overbodig zijn, trouwens de Krijgsgeschiedenis geeft ons voorbeelden te over, zoowel van groote als kleine gevechten, die verloren zijn door onvoldoende gevechtsbeveiliging, als van gevechten, waarbij door het schitterend optreden van afdeelingen, belast met die gevechtsbeveiliging, groote resultaten behaald zijn. De wapensoorten, die voor gevechtsbeveiliging in aanmerking komen, zijn uit den aard van de zaak inf., art. en cav. en zullen dan ook in groote verbanden, detachementen, samenges'eld uit deze drie wapens, hiervoor aangewezen worden. In ons kleine leger echter en zeer zeker in ons Brigadeverband zal de Br. Comdt, als regel, zijn weinige inf. en art. hard noodig hebben voor het eigenlijke gevecht en zal de taak van de gevechtsbeveiliging ge heel rusttn op de cav., die al heel b'ij mag zijn, als zij eens een sectie of hoogstens een comp. inf. daarbij tot steun krijgt. Omtrent deze, voor ons kleine wapen zoo hoogst gewichtige taak, vinden we weinig in onze reglementen en voorschriften aangegeven. In de gevechtshandleiding, punt 11 en 15 (3), wordt wel over de beveiliging door de Br.-cav. gesproken, doch in het hoofdstuk „Het gevecht der verbonden wapens", vinden we niets, dat duidt op het gebruik van de cav. als gevechts- 60

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 60