Ook 800 M. meer Zuidwaarts werden troepen ontscheept.
De verschillende échelons bestonden steeds uit Inf., Art. en
munitievoorraden. De snelheid der ontscheping werd zeer ge
schaad door de ongustige gesteldheid van de kust, de onstuimige
zee en den hevigen regen. Dank zij de hulp van de torpedo
booten, welke de barkassen en sloepen tot dicht bij het strand
sleepten en de verdere ontscheping met haar vuur steunden,
was 2 n., op welk tijdstip de riooge zee een verdere ontsche
ping onmogelijk maakte, een voldoende aantal troepen aan den
wal om den uitslag van een mogelijk gevecht met vertrouwen
tegemoet te zien.
Verkenningen door de torpedobooten en gewapende sloepen
brachten aan het licht, dat de stad aan de zeezijde door de te
genpartij was bezet; ook de Marsa Juliana bleek te zijn bezet.
Het kerkhof op de landtong gelegen, was n. 1. niet doorzocht,
zoodat een daar zich schuil houdende comp. plotseling het vuur
kon openen op de batterij landingsgeschut; de bediening moest
met medeneming van de sluitstukken haar in den steek laten.
Ondertusschen was ook de Turksche hoofdmacht Oostwaarts
van de Gr. Saline opgerukt en had niettegenstaande het hevige
vuur van de vloot, Sidi Daud en Berca bezet.
Langzamerhand waren nu voldoende troepen gedebarkeerd om
de tegenpartij terug te werpen. Op het noordelijkste landingspunt
stonden om 2 n.: 4 comp. Mariniers, 2 comp. R. 1. 4, 2'"comp.
R. I. 63 en 1 bergbatt.; bij het Zuidelijke: 2 comp. Mariniers, 4
comp. R. I. 4, 2 comp. R. 1. 63 en eveneens 1 bergbatterij. De
echelons, welke in aantocht waren, zouden de reserve vormen
en de directe beveiliging van de landingsplaats op zich nemen.
Door de steeds onrustiger wordende zee moest de ontscheping
worden gestaakt en bleven 23 comp., de mitrailleurs en de
draagdieren der Art. aan boord.
De ^Noordelijke colonne onder G. M. Ameglio heroverde de
batterij en drong, niet zonder beduidende verliezen te lijden, de
Turken terug op Sidi Daud.
Het aanvalsdoel was de stelling tusschen Berca en Sidi Daud;
door het moerassige en met kreupelhout begroeide terrein bij de KI.
Saline en den grooten weerstand door de Turken geboden, ge
schiedde de voorwaartsche beweging zeer langzaam.
De Zuidelijke colonne onder Lt.-Kol. Maccogatta, steeds bloot
gesteld aan aanvallen van ruiterbenden, won meer en meer terrein
en het gelukte haar de door de Marine hevig gebombardeerde Berca
stormenderhand te nemen. Hierop ging ook de frontcolonne tot
den aanval over en werd de tegenpartij overweldigd. Vervolgens
werden Sidi Daud en Sidi Hassan aangevallen, welke objecten
door den hevigen weerstand eerst bij het invallen van de duisternis
konden worden genomen.
Teneinde een nachtelijk optreden der Turken te voorkomen,
werd van 7.307.50 n. het Zuidelijk deel der stad, hoewel juist
27