59 Maar wel wil hij van deze gelegenheid gebruik maken, om zich te uiten omtrent de schromelijke onkunde, welke bestaat bij tal van menschen over het defensie-vraagstuk. Ook onder Katholieken hoort men de vraag waarom 120 millioen weggegooid voor leger en vloot, terwijl deze zoo nuttig konden gebruikt worden voor sociale doeleinden. Spr. ergert zich als hij die volksvoorlichters hoort, dat zij niet onder scheiden, dat de uitgaven van den staat drieledig zijn, dat wisten de oude Romeinen al. Drieledig, te weten 1. Noodzakelijke uitgaven. 2. Nuttige uitgaven. 3. Luxe uitgaven. De gelden benoodigd voor het behoud onzer onafhankelijkheid, behooren tot de noodzakelijke uitgaven, daarvoor moet dus in de eerste plaats geld beschikbaar zijn, evenals voor andere noodzakelijke uitgavenis er dan n°9 9e'd te vinden, dan mag voor nuttige uitgaven geld besteed worden is er ten slotte dan nog geld beschikbaar, dan mag aan weelde-uitgaven gedacht worden. Het dooreenhalen van onze 3 soorten uitgaven heeft spr. meermalen geërgerd en het is hem een behoefte zulks hier te uiten. Uit het verslag van de afdeeling Mr. Cornelis (vergadering van 1 8) vernemen we, dat aldaar oppositie bestaat tegen aanslag der militaire wo ningen volgens de werkelijke huurwaarde. O. i. ten onrechte. Voor Bandoeng is trouwens deze aangelegenheid reeds door het Leger bestuur uitgemaakt in den zin van „aanslag volgens de huurwaarde" en werd zulks ook vroeger in de B. Bn. hier en daar reeds toegepast, zoodat daar soms belangrijk minder in rekening werd gebracht, dan de indem niteit bedroeg. Eene andere quaestie is echter, dat men thans bij de belastingen van meening is (althans te Bandoeng), dat nu die meerdere huurwaarde dan 10%, als extra-inkomen moet worden beschouwd en het inkomen dus met dit bedrag voor den aanslag wordt verhoogd. Dit komt ons voor aanvechtbaar te zijn. In dezelfde vergadering werd ook de uniformwijziging ter sprake ge bracht; algemeen werd de tijd ongeschikt geacht voor ingrijpende wijzi gingen, doch was men wèl voorstander van de invoering van een gewone tropenhelm. We zijn het volkomen eens, dat de tijden er allesbehalve naar zijn om uniformwijzigingen in te voeren, vooral niet zulke als men van plan is te beproeven. We komen hierop nog nader terug, als we de beschrijving vandeproef- uniform publiceeren, doch kunnen thans reeds mededeelen, dat ze o n- praktisch en 1 e e 1 ij k is. We vermelden verder eene „Mededeeling van de Vertegenwoordiging in Nederland", over het doorbrengen van non-activiteit (met verlofsbezoldi ging) in het Moederland. We hoorden zeggen, dat men voornemens zoude zijn de non-actieven in Ned. te helpen door vacatures in Indië ontstaande, niet aan te vullen door promotie, doch deze vacatures open te houden voor in Ned. aan wezige non-actieven, die dan gewaarschuwd zouden worden om naar Indië terug te keeren. De maatregel zal wel worden geapprecieerd door de verlofgangers, die hun rustperiode verlengd zien en zonder verlenging aan te vragen, kalm op zien komen kunnen spelen. Doch voor de menschen, die in Indië bleven werken, is het minder aangenaam, want promotie is op deze wijze zoo lang er nog non-actieven in Holland zijn uitgesloten, hetgeen vroeger alleen het geval was, indien er non-actieven in Indië waren. En het laat zich aanzien, dat het aantal dier offn in Holland heel wat grooter zal

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 59