12. Alvorens nu een keuze te doen, moeten wij nu nog eerst den invloed op de nauwkeurigheid nagaan van het aantal schoten in de inschietgroep. Deze blijkt evenredig te zijn met |/(n-0.5)form, la of practisch met j/nform, lb en zoude in tabelvorm geven: Tabel V. Een zeer belangrijke factor is deze niet, daar het practisch toch niet altijd mogelijk zal zijn, gebruik te maken van een meerdere nauwkeurigheid, in verband met de moeilijkheid fijne correcties aan te brengen (b. v. kleinere dan 3')- Van meer belang is de invloed op de trefkans op het inschiet- punt in verband met het aantal schoten in de groep. Dit geldt uit den aard der zaak niet alleen voor de inschiet groep, doch voor alle mogelijke groepen. De invloed daarvan is uit te drukken door de factor 0form. 2. n 1 en geeft in tabelvorm hét volgende: Tabel VI. n 2 4 6 8 10 12 16 20 24 50 100 t e n 1 0.67 0.80 0.86 0.89 0.91 0.92 0.94 0.95 0.96 0.98 0.99 1 Uit beide, doch vooral uit de laatste tabel, blijkt, dat de grootte van de groep in den beginne zeer veel, echter boven de zes a acht scheten weinig invloed zal hebben. 13. Wij hebben nu alle gegevens, noodig om een keuze te doen voor de grootte van den sprong. De keuze zal zijn of 1 V2 LS50 of 2 LS50. 7 NAUWKEURIGHEID BIJ EEN GROEP VAN n 2 4 6 8 10 12 16 20 24 50 100 s c h 0 t e n. V(n - 0.5) 1.22 1.87 2.35 2.74 3.08 3.39 3.94 4.42 4.85 7.04 10 ten opzichte van de nauwkeurigheid uit 0.12 0.19 0.24 0.27 0.31 0.34 0.39 0.44 049 0.70 1 100 schoten. FACTOR OP DE TREFKANS BIJ EEN GROEP VAN C/3 s c h 0 n. n

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 7