Kan de hoofdwnr het geheele terrein niet overzien, dan kan hij geholpen worden door hulpwnrs, wat meestal o.-offnvan hetzelfde wapen zijn. Deze krijgen dan een zoodanige opstelling, dat zij de terrein gedeelten overzien, welke de hoofdwnr niet kan waarnemen. Als algemeene regel geldt, dat één (groep) zin een bepaalde sector te verlichten krijgt, met een tophoek van 60 tot 90°, doch ook hier moet men die cijfers alleen beschouwen, als de gedachte bepalend, zoodat men er zooveel van kan afwijken als de omstan digheden eischen. Voor een goed gebruik van de zin zijn de volgende verbindingen noodzakelijk: 1. Hoofdwnr en zin, telefonisch en optisch. 2. Hoofdwnr en hulpwnr(s), telefonisch en c. q. optisch. 3. Hoofd wnr en troepen-coindt, telefonisch en ordonnansen 4. C. q. tusschen zl. en dynamowagen. Voor de verbindingen ad 1, 2 en 4 moet de afdeeling zelf zorg dragen, voor die ad 3 het onderdeel, waarbij de zin zijn ingedeeld. De wijze van belichting kan zijn: a. met stilstaan- den bundel, b. v. voor défilé's. b. met langzaam bewegenden bundel; zal te velde weinig toepassing vinden, omdat de vijand zich tijdig kan dekken, echter wél voor misleiding van een reeds onderkenden vijand; c. met snel bewogen, plotseling stoppenden bundel; dit is zeer moeilijk; d. afwisselend schijnen en duister; dit levert als regel de beste resultaten op en beschermt het zL het best tegen vijandelijk vuur. De taak van den waarnemer. Alvorens de taak van den wnr na te gaan, zal eerst worden aangegeven, welke technische kennis hij van zin moet bezitten. 1. Weten hoeveel ongeveer de werkingssfeer van het zl. be draagt, in verschillend terrein en bij verschillende atmosferischen toestand. 2. Kunnen zien of de bundel van normale breedte is, en weten hoeveel de breedte van den bundel op verschillende afstanden bedraagt. 3. De co's kennen, waarmee het zl. behandeld wordt. 4. Indien het zl. door middel van handwielen in verticalen en horizontalen zin bewogen wordt, weten hoeveel graden, maar liever hoeveel duizendsten, het zl. van richting verandert door één omdraaiing van het handwiel. Hij geeft dan zijn co's met zooveel slagen rechts of links omhoog of omlaag, waardoor minder kans op fouten bestaat. 5. Gedetailleerde kennis bezitten van de eigenschappen van den bundel, van het waarnemen daarin met en zonder kijker, en van het schatten van afstanden. De taak van den wnr omvat nu, voor het geval de zin voor hun voornaamste taak: „het belichten van te beschieten doelen" gebruikt worden: 32

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 32