Uit het omtrent die proeven uitgebracht verslag blijkt, dat die
stof zoozeer had voldaan, dat het reeds toen gewenscht werd
geacht, meer uitgebreide proeven met die stof tevens dienstbaar
te maken om te beoordeelen of die stof ook geschikt zou zijn ter
vervanging van de overige, thans van blauwe serge, vervaardigde
kleeding.
Op grond van het vorenstaande achtte de commissie het ook
raadzaam, om vorenbedoelde stof te bezigen voor de te ontwerpen
uniform.
Bij het ontwerpen van een model van een uniform, welke zou
kunnen dienen om de attila en pantalon van blauwe serge te ver
vangen, werd rekening gehouden met het beginsel, dat de snit van
de uniformjas zoodanig behoort te zijn, dat de, in vervanging van de
blauwe tenue te kiezen grijsgroene tenue, gemakkelijk zal zijn te
wijzigen in een veldtenue, welk beginsel in overeenstemming was
met het gemaakte voorbehoud door het meerendeel der voorstan
ders van de vervanging van de blauwe uniform door een grijs
groene.
Na rijp beraad is door de commissie een grijsgroene uniform
ontworpen, waarbij de snit van de jas geheel overeenkomt met de
thans bij het leger in gebruik zijnde grijsgroene katoenen jas, doch
waarvan het model is als volgt:
Voor de militairen beneden den rang van adjudant-onderofficier.
G r ij' s g r o e n e uniformjas. De jas is voorzien van een
staanden kraag, hoog 4 a 5 c. M., de uiteinden rechtstandig geslo
ten met haken en oogen. De opslagen der mouwen zijn van gelijke
stof als die van de jas en 7 c. M. breed aan de buitenzijde naar
boven in een punt uitloopende. De jas is aan de voorzijde voorzien
van één rij van 7 en achter in de taille van 2 half ballon knoopen
van geel of wit metaal. Voorts is de jas achter in het midden van
af de taille voorzien van een split, aan de buitenzijde met zakklep-
pen, elk met twee half ballon knoopen. Om den kraag en langs
den linkervoorpand, de rechtervoorschoot, de split van achteren,
de achterzakkleppen, en de opslagen der mouwen is de jas versierd
met treskoord, voor de Inf. lichtblauw en voor de overige militairen
in de bestaande uitmonsteringskleur. Op de schouders schouder
bedekkingen van gevlochten rond koord.
Deze jas kon, wanneer zij door het gebruik ongeschikt is gewor
den voor groot tenue jas veranderd worden in een veldjas door het
aanbrengen van de navolgende veranderingen:
a. het verwijderen van het uitmonsteringkoord;
b. het vervangen van de geel of wit metalen knoopen door
bronzen;
c. het lager maken van den kraag;
d. het aanbrengen van de buitenzakken op de voorpanden van
de jas;
21
