Om 5 v. m. opende de afdeeling van maj. Chappat een hevig art.-vuur op het bois Carré en zetten zich het peloton Dandauw van uit H2 en de sectie Bouvier van uit O'8 concentrisch daartegen in beweging. De Duitschers, in groote sterkte aanwezig, waren echter op hun hoede en de aanval over het doorploegde en met hindernissen bezaaide terrein werd afgeslagen, waarbij vooral de sectie Bouvier zware verliezen leed. Alles vloeide terug naar de lijn O8 - O'8 en de verbindings loopgraaf, welke tot dekking v|d linker flank in staat van tegenweer was gebracht. Séguin besloot zich tot den laatsten man te verde digen; hij verbrandde al zijn aanteekeningen en documenten terwijl de morgenschemering langzaam, maar toch nog te vlug aanbrak. Het bombardement van 22 Februari. Het door de D. krijgsgevangenen aangekondigde bombardement brak inderdaad om 7 uur v. m. los. In tegenstelling met den vorigen dag werden nu weinig zware projectielen gebruikt tegen de voorste linie; ze schenen meer bestemd voor de hoofdverdedigingslijn en voor de omstreken van Beaumont. Op de voorste loopgraven regende het zware torpedo's, welke een geweldige uitwerking hadden. De hoornen werden finaal doorgesneden en als door een reusachtige catapult de lucht ingeslingerd; piketpalen en ijzerdraad werden binnen een omtrek van 20 M. geheel weggeblazen. De korte drooge knallen, welke voorafgegaan werden door een kristal helder gefluit, verscheurden de lucht. De luchtdruk deed de nog niet getroffen schuilplaatsen scheuren; die welke door een torpedo werden getroffen, werden verpletterd. De jagers dwaalden rond om dekking te zoeken en nestelden zich in de granaattrechters. Een ordonnans, die in den looppas Luit. Robin naderde met een bericht, werd door een torpedo getroffen; van zijn lichaam werd geen stukje teruggevonden. Om 12 uur 's m. houdt het bombardement op. Wat nog weerbaar is van de jagers neemt onmiddellijk de alarmstelling in. Groot echter zijn de verliezen. In loopgraaf 9 bis, het steunpunt van den saillant, is Luit. A. Robin met een geheele escouade bedolven onder het puin en ondanks zijn energieke pogingen gelukt het hun niet zich vrij te werken. Op gelijke wijze is een halve sectie v. h. 56ste Baton bedolven in loopgr. 12. Bij de Comp. Séguin is niets overv.d. loopgraven; de sectiën zijn gedecimeerd. De comp. Vigneron, welke den vorigen dag gespaard bleef, heeft nu ook ernstig geleden; de vijand heeft belangrijke vorderingen gemaakt in het bosch van Ville en op deze face zijn de D. in den rug der loopgraven. Overal is er gebrek aan geweren; geweermunitie en hand granaten zijn grootendeels zoek geraakt en alle pogingen, om ze terug te vinden, zijn tevergeefs. 25

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1922 | | pagina 25