genomen. Naar vermeend wordt, zal dit evenmin in den oorlog in onze terreinen kunnen voorkomen, waarom wordt voorgesteld in den derden regel, de woorden „zal m o e t e n" door „k a n" te vervangen. Heeft men zich bij het opstellen van dit artikel niet te veel laten leiden door ervaring in de Europeesche terreinen opgedaan? Deze vraag is o. i. ook gerechtvaardigd voor punt 102, le lid. 102. Wèl bestaat waarschijnlijkheid, dat het Infanteriegeschut of de batterijen voor de nabijverdediging van den vijand zich als dan moeten demaskeeren en daarop zou dan het eigen artillerie vuur kunnen worden gericht. 104. Wat wordt eigenlijk met deze opmerking bedoeld? Dat de eigen art. voorzichtig moet zijn met haar vuur? Dan zijn bepaalde aanwijzingen voor het staken of verleggen van het vuur daarvan noodzakelijk. 105. Hoe weet men of men over „overmachtige artillerie" beschikt, vóór dat men den hoofdaanval doet? Bedoeld is te zeggen: „Blijkt het in den ioop van het gevecht, dat een of meerdere batterijen daarvoor beschikbaar kunnen worden gesteld, dan enz. enz.". 108. De laatste zin is niet duidelijk, waarom moet dit m e t name door mitrailleurvuur geschieden? De vijand zal vrij spoedig buiten het bereik daarvan komen, is het niet juist de artillerie, die dan haar groote schootsverheid het best kan benutten? 109. Ja, maar wat wordt bedoeld met s nelver plaatsbare troepen, die hebben wij toch niet? 110. De zin is onbegrijpelijk. Hoe moet de uitdrukking: „met inspanning van alle krachten" worden opgevat? Door in marschcolonne den vijand na te stormen? Maar dat is dan toch een gevaarlijke methode! 111. Dit artikel hoort o. i. thuis bij de elementaire opleiding van officieren en minderen. 112. 2 e regel. Liever ware meer positief te stellen: „moet de vervolging tot het aanbreken van den dag worden uitgesteld". 113. Dit art. is nietszeggend en had achterwege kunnen blijven. 115 en 118. Kunnen vervallen, als bevattende elementaire tactiek. 121. Laatste alinea. Dit is altijd voordeelig, waarom te stellen ware: „Het is voordeelig" enz. Dit is immers weder een van de weinige gelegenheden waar men gebruik kan maken van de groote dracht van ons veldgeschut! 122. De woorden kunnen worden in de 3e alinea, moeten vervallen anders is.de zin o. i. onleesbaar. 126. Wat wordt nu eigenlijk bedoeld? Wij lezen er uit, dat een stelling uit meer dan één weerstandslijn kan bestaan, ja zelfs moet bestaan, als men een hardnekkige verdediging beoogt. 16

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 16