geschoven. De hier gelegerde troepen sluiten dan de toegangswe gen nabij het kantonnement af (kantonnementsbewaking), of schuiven kleine afdeelingen daartoe verder vooruit. In wezen is dit dus een beveiliging door V. P. bestaande uit een zwak wakend en een zeer sterk rustend gedeelte. De verplegingseischen overwe gen de tactische. In het tweede grensgeval bevinden de troepen zich reeds in een diepe gevechtsopstelling tegenover den vijand. De voorste troepen treden dan, zonder daartoe bevelen af te wachten, als (gevechts-) voorposten op. Hier dus V. P. bestaande uit een zeer sterk gevechtsklaar gedeelte en een niet- of nauwelijks aanwezig rustend deel. De verplegingseischen treden geheel terug voor de tactische. Tusschen deze beide uitersten bevinden zich een oneindig groot aantal gevallen, waarin een compromis tusschen de eischen van tactiek en verpleging gesloten moet worden en waarop het cursief gedrukte punt 183 uit ons V. V. dus ten volle van toepassing is. Schema's zijn niet te geven, slechts algemeene beginselen. De Voorposten-commandant ontvangt van den Alg. Bevelhebber in het bevel voor de V. P." onder meer mededeeling van de strook, waarin moet worden stand gehouden (V. P. weerstandsstrook). Waar een zoo gering mogelijk aantal troepen met den V. P. dienst belast moet worden en de V. P. commandant dus met de hem toegewezen krachten dient te woekeren, zoekt hij allereerst die terreingedeelten uit de V. P. weerstandsstrook, welke onvoor waardelijk moeten worden vastgehouden en berekent dan, hoeveel troepen de verdediging van elk dier deelen eischt. In het V. P. bevel wijst hij nu deze weerstandskernen aan en noemt de onder- deelen, waaraan de verdediging wordt opgedragen. Dit laatste schijnt mij juister, dan hetgeen is voorgeschreven in den tweeden tot en met vijfden regel van ons V. V. punt 197(3). Voor opname in dergelijke weerstandskernen komen in de eerste plaats in aanmerking de door de V. P. weerstandsstrook voerende verkeerswegen, verder punten van waaruit de tegenpartij de te beschermen troepen gunstig zou kunnen waarnemen, of die, bij een te verwachten ontwikkeling der eigen krachten, van bijzonder belang zouden kunnen worden. Het tusschenterrein moet met vuur kunnen worden afgesloten, indien het open is (sawah's), waarvoor achterwaarts opgestelde zware mitrailleurs het aangewezen wapen zijn, of anders' zoonoodig door een zorgvuldig voorbereiden tegen aanval der V. P. reserve gezuiverd worden. De bezettingssterkte van een weerstandskern is geheel afhankelijk van de omstandig heden, doch zal wel zelden minder dan een sectie en meer dan een compagnie bedragen. Een dergelijke bezetting wordt aangeduid met den naam V. P. detachement. Zij gedraagt zich als eene afdee- Iing, die zich gereed maakt een verdedigend gevecht om tijdwinst te voeren en neemt dus een opstelling in de breedte, zoowel als in de diepte in. 33

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 33