kiem te smoren, is het tijdig onder vuur nemen van de gereed
gestelde aanvalstroepen in de tegenoverliggende loopgraven, vooral
door lichte bommenwerpers. De dichte bezetting daarvan wettigt
een zeer ruim munitiegebruik.
159. ART.-STEUN Bij KLEINE ONDERNEMINGEN. Bij kleine
offensieve ondernemingen zal de steun van het art.-vuur dikwijls
noodig zijn.
Die steun kan in de eerste plaats bestaan uit eene inleidende
beschieting van het aanvalsdoel. Hoewel de waarde van dien steun
zeer groot is, wordt hij ter wille van de verrassing, soms achter
wege gelaten. Voorts kan de art. steunen door middel van een
begeleidend afsluitingsvuur (v u u r w a 1 s) en door het aanvals
doel met afsluitingsvuren te omringen (insluitingsvuur).
Dit insluitingsvuur dient om tegenstooten van 's vijands reserves
te beletten en om de beoogde verkenning of vernieling en de daarop
volgende terugtocht te kunnen beschermen.
De cavalerie.
160. GEBRUIK. De cav. wordt bij de verdediging in den stelling
oorlog als regel vereenigd en gebruikt, om te voet die deelen van
de stelling te bezetten, waar betrekkelijke rust heerscht, zoodat
daardoor andere troepen vrijkomen om meer bedreigde deelen
dichter te bezetten. Zij past daarbij dezelfde tactische beginselen
toe als de inf. Hare organisatie, bewapening en uitrusting worden
alsdan voor zooveel noodig gewijzigd en aangevuld als die der
inf. De paarden worden in dat geval voor zooveel noodig voor
transportdiensten of voor art.-bespanningen gebezigd.
Voorts wordt de cav. gebruikt voor het begeleiden van krijgs
gevangenen en als wegenpolitie. In beide gevallen treedt zij meestal
te paard op.
De w e 1 r ij d e r s.
161. GEBRUIK. De wielrijders zullen, ev. vereenigd tot
grootere afdeelingen, bij de divisie- of front-reserve worden inge
deeld, teneinde als snel verplaatsbare vuurkracht gebruikt te
worden.
De pioniers.
162. GEBRUIK. De pioniers zijn in den stellingoorlog,
behalve voor de werkzaamheden genoemd in punt 34 en waarvan
die betreffende de gemeenschappen ook hier de belangrijkste is,
bestemd voor die diensten, welke eene bijzondere technische vaar
digheid vereischen, en wel o. m. overbruggen van granaattrechters;
uitvoeren van belangrijke vernielingen en het doen van mijnaan-
vallen; inrichten van belangrijke natuurlijke steunpunten; stellen
en onderhouden van onderwaterzettingen; herstellen van stuk
geschoten waterkeeringen; maken van los- en laadplaatsen; maken
van verschillende inrichtingen ten behoeve van legering en ver
pleging, zooals drinkwatervoorziening, badinrichtingen e. d.; af
voeren van water uit de loopgraven; bedienen van gasspuiten en
40