Het beschikken over middelen tot het in rekening brengen van daginvloeden is dus ook voor den bewegingsoorlog van belang. Tot nu toe is alleen gesproken over het verbeteren van de ligging van het G. T. De berekening ter verkrijging van zoo gunstig mogelijke gegevens voor de eerste laag kan zich echter ook uitstrekken tot de tempeering. De factoren a t/m g hebben in 't algemeen ook invloed op de ligging van het G. S. (springpunt) in de baan. Wel is waar heeft men als regel gelegenheid een fout in de S. H. onmiddellijk te verbeteren (ook bij nacht), maar desalniettemin gaat hiermee, zij het ook in geringe mate, tijd en munitie verloren. Het aanbrengen van daginvloed-correcties op de tempeering mits niet te omslachtigheeft dus zijn nut. B. Het bepalen van de grootte van dagin vloeden. ad a). Waar men bij de vroeger gebruikelijke schietmethodes betrekkelijk weinig last had van fouten in de schootstafelgegevens, werd veelal aan de schootstafel berekening niet die zorg besteed, die men moet eischen voor 't gebruik bij de daginvloedmethode. Waar dit het geval is, moeten de schootstafels över-berekend worden. Instrumenten (opzetten, tempeertoestellen) wier verdeelin gen zich op verkeerde gegevens baseeren, moeten vervangen worden. ad b). Speling in de richtmiddelen veroorzaakt in de eerste plaats spreiding, maar bovendien kan doordat een voorwerp in zijn ruimte een bepaalden ruststand opzoekt een constante fout het gevolg zijn. Speling dient zooveel mogelijk weggenomen te worden. Daarna kunnen fouten in de richthoek- of terreinhoek-instrumenten geconstateerd worden door nameting met behulp van niveau's. De bepaling moet plaats hebben bij verschillende opzethoogten en terreinhoeken. Voor zoover mogelijk worden gevonden fouten weggenomen (b. v. bij stellen van de luchtbelbuis van den terreinhoek). De overblijvende worden aangeteekend. Fouten in de instrumenten voor de zijdelingsche richting worden geconstateerd met behulp van een zielkijker en een betrouwbaar instrument tot het nameten van horizontale hoeken. De vuurmond wordt met verschillende hoekmeterstanden op een bepaald punt gericht; telkens wordt nagegaan op welk punt de zielas uitkomt en de hoek gevormd tusschen de richting naar dit punt en het oorspronkelijke richtpunt met het betrouwbare instrument nage meten, daarbij rekening houdende met een eventuëele automatische derivatie-correctie. Voor zooverre de gevonden fouten niet weg genomen kunnen worden, worden zij aangeteekend. ad c-aa). Afwijkingen in de aanvangsnelheid, veroorzaakt door een niet normalen toestand van de schietbuis, kan in rustigen tijd geconstateerd worden door nameting der aanvangsnelheid bij gebruik van normale munitie. 51

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 51