Voor een weerbericht, dat ook moet dienen voor zwaardere kalibers en krombaangeschut is de tijd wat uitgebreider, daar de wind metingen hooger moeten reiken en met een eventuëel abnormaal verloop van het luchtgewicht naar boven rekening moet worden gehouden. Men neemt aan dat dit laatste niet noodig is voor lange vuur-monden van een kaliber van 7 c.M. ad f). Zie onder „berekening IV". ad g). Zie onder „verwerking". (Wordt vervolgd). 7. NOG EEN PUNT UIT HET NED. ONTWERP ALG. GEVECHTSVOORSCHRIFT, door F. T. De vorige jaargang gaf ons eenige punten uit bovengenoemd voorschrift betrekking hebbende zoowel op een bewegingsoor log, als op den stellingoorlog. Het uittreksel slaat het punt 95 over, vermoedelijk omdat de, aan den bewerker bekende redactie niet belangrijk genoeg was. Was dit punt oorspronkelijk inderdaad voor ons van twijfel achtige waarde, het is (ik meen in Mei) gewijzigd. De nieuwe redactie komt mij veel belangrijker voor ook voor onsal ware het alleen maar, om te weten naar welke beginselen anderen hun stellingen inrichten, beginselen, die aangenomen worden in alie buitenlandsche legers bij het inrichten van een verdediging, en w aardoor dus onze aanvalsmetho- den sterk beïnvloed worden, ook al zouden wij ver- meenen onze verdediging wel anders te kunnen voeren. De gewijzigde redactie luidt aldus: 95. INRICHTING VAN DE STELLING. Aanvankelijk worden in de voorste strook—de hoofdstrook—door de voorsectiën geheel aan de omgeving aan gepaste terreinverbeteringen gemaakt, welke geleidelijk tot elkan der en het tusschengelegen terrein flankeerende steunpunten worden uitgebouwd. Daarbij zal goede maskeering van veel nut zijn, vooral voor het begin van den strijd, wanneer de vijand nog slechts de eerste verkenningen heeft kunnen verrichten. Deze steunpunten zijn ook in de diepte gegroepeerd en liggen gemiddeld 100 a 200 M. van elkaar. Hun bezetting bestaat in den regel uit een of meer groepen. De ondersteuningssectiën richten op ongeveer 400 M. (midden op midden) achter de strook der voorsectiën op soortgelijke wijze een strook (ondersteunings- strook) ter verdediging in. De o. st. Ciën richten zich ter plaatse eveneens ter verdediging in. Niettemin blijft het bewegelijk ge bruik dezer reserves, zooals in pt 100 is aangegeven op den voorgrond staan.-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 55