geling bij vervoer. Zij werden daarom slechts zelden toegepast
en dan naar het schijnt met eenigen argwaan.
Ad 2de: Correctielinialen zijn eenvoudiger instrumenten, goed
koop, makkelijk mee te nemen en sterk Zij stellen in staat om,
na enkele stelling van een schuif, ineens af te lezen een functie
van een som van drie (of minder) verschillende functies,
x f j (p) ¥>2 (q) ?>3 (r) J (zie fig. 3).
Dit kan men b. v. toepassen om uit hoofdrichting batterij,
windrichting en hoekmeter onmiddellijk den hoek tusschen
schootsrichting en windrichting af te lezen.
Door voor y>, (p) te kiezen log. •■p, (p) etc. en voor f te nemen
F (num.) kan men een functie van het product van drie ver
schillende functies onmiddellijk bepalen.
x F [num. j log. A (p) log. -p2 (q) log. -p3 (r)j
F^num. log. -p, (p) p2 (q). P3(r))= F (p). 0>2 (q). P3 (r)J.
Dit kan men b. v. toepassen om uit windsterkte, hoek tusschen
windrichting en schootsrichting en afstand onmiddellijk de
correctie voor zijwind of voor baanwind te bepalen.
Ook kan men met behulp van een daartoe geconstrueerde
correctieliniaal uit den bekenden kaartafstand en de grootte van
een werkzamen daginvloed onmiddellijk het gecorrigeerde bedrag
voor den art. afstand, of desgewenscht voor den daarbij behoo
renden richthoek vinden (zie fig. 4). Op de rechterzijde van het
liniaallichaam A brengt men daartoe een merkpunt aan en op de
rechterzijde van de schuif B een gelijke verdeeling b. v. voor het
aantal M. baanwind.
De rest van het liniaallichaam en van de schuif wordt inge
nomen door 2 afstandverdeelingen, die voor beide precies gelijk
zijn, doch resp. „kaartafstand" en „artilleristische afstand" be
noemd zijn. Bevinden zij zich juist tegenover elkaar, dan staat
het merkpunt op B tegenover wind nul op A.
Plaatst men de verdeeling voor 10 M. wind mee tegenover het
merkpunt, dan gaat de schuif naar rechts. Tegenover 8000 M. kaart
afstand wordt nu een kleiner bedrag voor art. afstand afgelezen.
Het is nu zaak de afstandverdeeling <p (X°) zóó te maken, dat
inderdaad thans het juiste verschil tusschen kaartafstand en
art. afstand wordt verkregen. Nu is de correctie A A voor
een bepaalden schootsafstand X° en een baanwind u' bekend.
A A f (X°) u'.
De liniaal wordt voor een wind u' verplaatst over een bedrag
K(onst.) u' en thans moet tegenover X° worden afgelezen X° A A.
dus <p (X°) - <p (X° A A) K. u' of A A Ku'
d ¥>(X°)_ Ku'_ Ku' K
dTx"-AvafTxTü7" ofp {X)~J "W
178