Ad 180 1ste lid. Hieruit zou men zeer wel kunnen lezen, dat de aan een Groep toegedeelde art. („over de Groepen ver deel d") tot die Groep gaat behooren, m. a. w. onder de bevelen v. d. Gr.-comdt komt, vooral als men let op die te pas gebrachte „onontbeerlijke samenwerking". Dit is echter niet het geval. Die Inf.-battn blijven onder den Div.-comdt (180 2de lid). En daar bestaan, dit zij erkend, motieven voor. Waarom behoeft de beslissende Groep den meesten steun? Terzake zou men als volgt kunnen redeneeren: Wat is de taak van Inf.-battn? (punt 100): De Inf.-battn moeten de inf. helpen de beletselen, die de verdediger tegen die inf. in werking stelt v. z. v. betreft: inf., inf. wapens en versterkingen-te overwinnen. Nu wordt de beslissing veelal gezocht daar, waar de verdediger verondersteld wordt het zwakst te zijn, de beletselen dus het geringst, de art. steun het minst noodig is (punt 99). Hoewel o. i. geenszins onjuist, is dus de redactie niet zoo voor de hand liggend, dat met de gebezigde kortheid kan worden volstaan. Aangezien de G. H. een handleiding is moet zij voorlichting geven, opkomende vragen coupeeren; het is geen reglement of voorschrift, waarin printah's ter strikte opvolging worden gegeven, maar een handleiding. Overigens ware het gewenscht geweest het woord beslissende Groep, wat weer medebrengt het funeste begrip: „vasthoudende" Groep, te vermijden. „On s'engage partout et on attaque partout" en alleen de A. B. heeft de begrippen „beslissende" en „vasthoudende" Groepen in zijn hoofd, doch vermijde naarstiglijk er tegen de ondergeschikten over te spreken. Het had daarom, als men persé kort wilde zijn, aanbeveling verdiend te volstaan met het eerste gedeelte van den zin. Te overwegen ware ook om het slotwoord „behoeven" te ver vangen door „verkrijgen". Intusschen zou het gestelde vanaf: „doch zal enz." ook kunnen vervallen (zie ook 185 en 186, dat latere vermeerdering mogelijk maakt). 205

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 59