181. Zoodra een A. C. wordt aangewezen om een bepaalde aanvalsgroep te steunen, vervoegt hij zich onmiddellijk persoonlijk bij den commandant daarvan, en ontvangt dan alle gegevens noodig voor een goede samenwerking; hij heeft daarbij tevens gelegenheid van raad te dienen omtrent het meest doelmatig gebruik dei- beschikbare artillerie, met name met betrekking tot de keuze van de onder vuur te nemen doelen en c. q. het oogenblik voor de eerste opening van het vuur. Voor zoover zulks met de vervulling van zijne taak vereenigbaar is, zal deze A. C. zijn standplaats kiezen zoo dicht mogelijk bij den commandant der gevechtsgroep. Is zulks niet mogelijk dan zal de A. C. door achterlating bij den commandant der groep van een bericht-officier, met wien hij in voortdurende verbinding blijft, verder de noodige aanwijzingen ontvangen zoomede alle gegevens, welke noodig zijn om op de hoogte te blijven van den tactischen toestand, in de eerste plaats van alle bevelen welke aan de infanterie worden verstrekt. Omge keerd licht de A. C. middels den bericht-officier den commandant der groep in omtrent alle door hem getroffen maatregelen, met name welke batterijen het vuur hebben geopend, de te verwachten of bereikte resultaten, enz. 182. Veelvuldige wijziging in de standplaats van den comman dant der gevechtsgroep, bemoeilijkt de samenwerking met de infanterie-batterijen. Ad 181. De meergenoemde onontbeerlijke samenwerking wordt natuurlijk het best zoo niet alléén-verzekerd, indien de Gr.- Comdt en zijn A. C. bij elkaar blijven. Waar de Gr.-Comdt zijn taak allerwaarschijnlijkst niet zonder hulp van de Inf.-battn kan uitvoeren, is die samenwerking werkelijk onontbeerlijk en van zóó groot gewicht, dat inderdaad als regel de Gr.-Comdt niet beter kan doen dan bij den A. C. te blijven, om te voorkomen, dat de verbinding ook maar een moment verbroken wordt. De plaats van den Gr.-Comdt is binnen grenzen vrij onverschillig, mits, eenmaal gekozen, hij daar maar voorshands blijft (zie het 2de lid van 181); de plaats van den A. C. is minder willekeurig, hij moot behalve adviseeren, ook leiden en daartoe waarnemen, in kleinere verhoudingen zelfs commandeeren. Daarom kieze de Gr.-Comdt zijn plaats zooveel mogelijk daar, waar de A. C. vermeent te moeten zijn. Dit ware in de G. H. op te nemen en niet wat er thans staatdus„V. z. v. zulks met de vervulling v. zijn taak vereenigbaar is zal de Gr.-Comdt zich op, of in de nabijheid van, de standplaats van den A. C. ophouden, waar de Gr.-Comdt als regel ook een goed overzicht over zijn Groep zal hebben, althans over het door de Groep te doorschrijden terrein en over het te nemen gedeelte van de stelling". Met punt 182 kan slechts worden ingestemd, er ware echter aan toe te voegen, dat veelvuldige wijziging in de standplaats ook fnuikend is voor de verbinding met de Inf. ondercomdtn. 208 (Slot volgt)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 62