1. EENIGE AANTEEKENINGEN OVER HET GEBRUIK VAN ARTILLERIE VOLGENS DE G. H. door D. B. (Slot). 183. Ten einde een economisch gebruik van de contra-batterijen te waarborgen, worden deze bij de Divisie onder eenhoofdige leiding gesteld. 166. De art. daarentegen blijft in beginsel onder eenhoofdige leiding van den A. C. Divisie. 180 Ten behoeve enz. De infanteriebatterijen voor elke aanvalsgroep staan onder eenhoofdige leiding van een A. C„ die onder de bevelen blijft van den A. C. Divisie; deze laatste wijst bedoelde batterijen hare bestemming aan en tevens de in te nemen stellingen. Tenzij krachtige ver dedigingswerken, of hindernissen, moeten worden vernield, wordt het openen van het vuur door de infanterie-battn in beginsel eerst gelast, wanneer inf.-fmitr.) vuur van beteekenis is te verwachten. 164- De mitr. worden in beginsel reeds bij den aanvang van het gevecht naar behoefte over de gevechtsgroepen verdeeld; wijziging in deze in deeling is-hoewel in algemeenen zin ongewenscht—met uitgesloten. 41. De zorg voor de munitieaanvulling vormt een belangrijk deel van de gevéchtsleiding. Aan de onderaanvoerders moet worden bekend gemaakt, waar door de gevechtstreinen de munitie kan worden aangevuld. Ad 183. „de contra-battn worden onder eenhoofdige leiding g e- s te ld". We heorden zeggen, dat dit woord „gesteld" misschien een drukfout zou zijn en dat de contra-battn eenvoudig b 1 ij v e n onder de leiding van den A.C. Div., waaronder ze van meet af aan waren (zie 166), ïn zekeren zin in tegenstelling met de inf.-battn, die groepsge wijze een directen A C. tusschen-geschoven krijgen, welke A. C.'s echter ook weer onder de leiding van den A. C. Div. blijven (zie punt 180). Bij het inwinnen van nadere inlichtingen bleek echter, dat van een drukfout althans in deze geen sprake is. Het is dan ook moeilijk aan te nemen, dat er geen sprake van „stellen" (dus van een nieuwen toe stand) zou zijn, aangezien dan de heele alinea weg zou kunnen vallen, immers zegt reeds 166, dat, in tegenstelling met de mitr, de art. in be ginsel onder (eenhoofdige) leiding van den A.C. D. blijft. Hoe'took zij, blijkbaar is de redactie niet voldoende duidelijk en eischt zij t. g. t. ver betering. Ook voor die van punt 166, dat samenhangt met 164, geldt zulks. O. i. verdient het aanwijzen van een nieuwen A. C. contra-bat terijen, dus het s t e 11 e n onder leiding, alle aanbeveling. De taak van den A C. Div. is te omvangrijk, dat hij zich afdoende kan bezig houden met de d i r e c t e leiding der contra-battn, vooral als men het beginsel huldigt, dat de Inf.-battn óók onderzijn a 1 ge m e e n e leiding blijven. Hij is adviseur Div.-Comdt, heeft verder zijn uiterste aandacht te wij den aan de art. verkenning, aan de munitieaanvulling (zie 41), aan het inzetten van in reserve gehouden art., aan hetwijzigen van de bestem ming van ingezette battn, aan het tijdig van stelling doen veranderen daarvan (alles namens, of op last, Div.-Comdt), zoodat hij n. d. m. ook wat de contra-art. betreft, zich moet beperken tot de algemeene leiding. Tenslotte zal vermoedelijk bij onze Divisie hoogstens een der 3 Afdn contra-art. worden en dan is de Comdt dier Afd. uiteraard A. C. der contra-art. 219

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 1