ving: zie American Scientific, Mei 17, 1919. Volgens dit tijdschrift geeft het toestel in een oogenblik de juiste richting en afstand van iedere geluidsbron; op het Westfront had één toestel de emplace menten van 117 vuurmonden en battn nauwkeurig gepeild, binnen 24 uur tijd, op een front van 5 mijlen). Zooweb aan Fr., als aan D. kant werden de peilingen der art. peiltroepen zoo eenigszins mogelijk gecontroleerd en z. n. aange vuld door luchtwaarneming. Alhoewel ontstaan in den stelling-oorlog, beproefde men de leve rsvatbaarheid van deze methode ook in den bewegingsoorlog. Immers de voordeelen van deze methode waren zoo groot gebleken, dat een gemis van deze door den troep ten zeerste gevoeld zou worden; van alle zijden wenschte men dan ook hun invoering ook in den bew.-oorlogBij de doorbraakpogingen bij Verdun in 1916 werden aan D. kant reeds maatregelen genomen, de peil troepen bij het offensief te gebruiken. Door de zich toen daarvoor niet leenende organisatie en uitrusting, leverde dit geen groot resultaat op. Beter gelukte een poging tijdens het offensief tegen Italië. Ook bij de offensieven in Vlaanderen in 1918 aan D. kant werden bespande peiltroepen-afdn gebruikt en met succes. De groote moeilijkheden waren juist: Het beweegbaar maken en het in werking moeten doen treden der peiltroepen in een korten tijd. Slechts dié mogelijkheid beslist over hun al of niet verder gebruik in den bew.-oorlog in de toekomst. Omtrent de ondervindingen, welke de Duitschers omtrent deze peiltroepen in den bew.-oorlog hebben opgedaan, diene b. v. het volgende 2). De eerste eisch is, dat de eerste waarneming door de peiltroepen gedaan, moet kunnen samenvallen met het oogenblik, dat de laatste vuurmond van de troepen-afd., waarbij die peil troepen behooren, in stelling komt (Afwachting-, dan wel vuurstelling). Aan deze voorwaarde moet worden voldaan, wil de Art. profijt hebben van haar peiltroepen. Daarvoor moeten deze dus vroegtijdig ingezet worden, liever wat te vroeg, dan te laat; in de marschcolonne zoo ver mogelijk naar voren ingedeeld; licht en geluidpeiltroepcn onder éénhoofdige leiding worden gebracht; het personeel der peiltroepen uitsluitend te doen bestaan uit artilleristen en voor wat de officieren betreft, de besten; de electrische draadleidingen moeten z. m. worden vervangen door draadlooze telegrafie of telefonie (althans voor wat betreft die der lichtpeiltroepcri, bij de objectieve geluidspeilmethode komen zij voorloopig niet in aanmerking)iedere lichtpeilpost te ver voeren op een kleine lastauto; offn zeker en ook onderoffn moeten Art. Mon. hefte Sept.—Oct. 1920, biz. 301. Instruction prov. sur le service en campagne de l'Art.(1921, Anexe 111). 2). Voor meer hieromtrent: Art. Mon. hefte, Sept.—Oct. 1920, biz. 304. 260

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 42