allen, uitermate hoog. Van een luchtmacht kunnen de kosten zoo
belangrijk niet zijn!
Laat ik mij maar eens op glad ijs wagen en eens oppervlakkig
de kosten van bijv. 1000 toestellen berekenen. Lt. de Vries spreekt
van 2500 voor een jager. Dat lijkt me weinig. Naar ik meen,
kost een Havilland tegenwoordig f 16.000. Aangezien we een
groot aantal kleine jagers noodig hebben, die ongetwijfeld belang
rijk goedkooper zijn en we ook zwaarder toestellen zullen moeten
hebben voor bombardement, neem ik als gemiddelde prijs: 15.000.
("Aannemende dat ongelukkige aankoopen als de peperdure
Vikings voortaan achterwege blijven). 1000 toestellen zouden
dan 15 millioen kosten. Kost een der nieuwe nog niet hier gearri
veerde kruisertjes niet 22 millioen? Ik geloof niet, dat ik er ver
van af ben. Nu gaat die vergelijking wel eenigszins mank (zie
W. J. 1921. Hoofdst. Marine), maar wat is het effect bij de
verdediging van Indië van een zoo'n oorlogsschip, vergeleken bij
dat van 1000 toestellen. Het spreekt toch ook van zelf, dat het
oneindig economischer is om vliegtuigen een zekere hoeveelheid
projectielen en springstof op een doel te laten neergooien, dan om
die zelfde hoeveelheid door geweldige zware drijvende batterijen
te laten afschieten. Ik ben er dan ook van overtuigd, dat een
voldoend sterke luchtvloot binnen ons finantieel bereik ligt. En
er bestaat zeer veel kans, dat de benoodigde gelden williger
zullen worden toegestaan, dan tot dusverre ooit gelden voor
Leger of Vloot. Wat geeft het of er tientallen millioenen worden
gespendeerd aan nog een paar kleine oorlogsschepen? De kans
op succes wordt daardoor niet noemenswaard grooter. Of voor
een uitbreiding van het leger, die ons nog steeds verre in de
minderheid zou laten tegenover een groote mogendheid. Maar
wanneer we een, binnen redelijke grenzen blijvend, bedrag vragen
voor een defensiemiddel, dat de verdediging van ons bezit o. i.
bijna afdoend verzekert, dan zal zoo'n vraag zeker heel anders
ontvangen worden. Men heeft immers tot dusverre altijd het gevoel
gehad, dat het geld aan de defensie besteed, vrijwel verloren was,
dat men daarmede toch nooit iets zou kunnen bereiken, dat
zekerheid gaf?
Bovendien is er aan een belangrijke uitbreiding van ons mil.
vliegwezen nog de aantrekkeliikheid verbonden, dat het een voor
name rol zal kunnen spelen bij de opname van deze landen in het
wereldluchtverkeer, datdaaraan zal wel niemand meer twijfelen
in de eerstkomende jaren een groote toekomst tegemoet gaat').
De personeele zijde van het vraagstuk zal grooter moeilijkheden
opleveren dan de finantieele. Zooals bekend, is de animo om tot
vliegenier of waarnemer te worden opgeleid, in ons leger nog
Zie het artikel van Generaal Snijders in de Ind. Gids van Dec. '22
getiteldHet luchtverkeer in N.-Indië.
442