494
Kapitein Hoffmann behandelt in zijn artikel „de aan- en afvoer in het
operatiegebied" het gebruik der autoinobieltreinen, de daarbij gewenschte
gezagsverhoudingen en de hoofdregels, welke de basis van de geheele
verkeersregeling behooren te vormen. Omtrent de uitwerking van vlieger
aanvallen en art. vuur op automobielcolonnes en op kruispunten van
wegen, welke door automobielcolonnes moeten worden gepasseerd, merkt
hij op, dat van vliegeraanvallen betrekkelijk weinig te vreezen is en dat
door het doelmatig regelen van het passeeren van de kruispunten de
uitwerking van vijandelijke beschietingen vrijwel kan worden geneu
traliseerd.
Dr. Hiensch behandelt op wetenschappelijke wijze de gasoorlog. Men
kan dit artikel beschouwen als eene aanvulling op het bovengenoemde
artikel van luitenant Schwing in de April-aflevering van Mavors.
Cavaleristisch tijdschrift. Maart 1923. Luitenant Mathon toetst in het
artikel „de Divisie-cav. en haar gebruik" de bestaande theoretische denk
beelden aan de (manoeuvre) practijk. Hij spreekt over het groote voordeel,
dat de vijand heeft wanneer hij de voorhoede van een marcheerenden
troep tot ontwikkeling dwingt en wat de taak van de eigen cav. daarbij
behoort te zijn- Deze beschouwingen zijn, in verband met de tegen
woordig naar voren gebrachte opvattingen in het Indische leger, niet van
belang ontbloot. Met nadruk wijst de schrijver op het snelle verbruik
van de cav. in het begin van den oorlog en op de moeilijkheid om het
verbruikte paarden materiaal te vervangen. Ook overigens is hij niet erg
optimistisch gestemd en vergelijkt hij de taak van de zooals hij zich
uitdrukt, vierde rangs divisiecavalerie, met die van een zwak kind, dat
bovendien slecht kan loopen, en dat wanneer er herrie in de stad is
de straat wordt opgezonden om te zien wat er te doen is. In het artikel
schuilt ook voor ons eene ernstige waarschuwing. Men leze het in
extenso. Eene afwijkende conclusie is niet mogelijk.
Het „Bulletin van het Indisch genootschap" bevat het verslag van de
besprekingen betreffende „Militieplicht in Nederlandsch-lndië, ook voor
de inheemsche bevolking", welk onderwerp op de vergadering van 9 Febr.
1923 door majoor Winter is ingeleid, Na hetgeen er reeds over dit on
derwerp geschreven is, bevat de inleiding geen nieuws, evenmin als de
bestrijding van den kolonel Mehrens, die als debater is opgetreden. In
een kort bestek is echter de historische ontwikkeling van het vraagstuk
op overzichtelijke wijze samengevat. Wij onthouden ons van het geven
van eigen meening t. z. daar wij natuurlijk weten, dat iedereen over het
militievraagstuk reeds eene gevestigde opinie heeft en het geheele geval
voorioopig slechts eene theoretische waarde heeft.
15. OVERZICHT BUITENL. TIJDSCHRIFTEN, door T.
The Coast artillery Journal Maart bevat een artikel getiteld „Some
phases of the effect of aircraft on the future mission, organization, equip
ment and tactics of the coast art. corps". Dit artikel werd in 1922 met
den len prijs bekroond in eene „essay competition" van dit maandblad en
is belangrijk in verband met de ontwikkelde beginselen betreffende de
strategie van de kustverdediging met de in onderling verband werkende
strijdkrachten te water, te land en in de lucht. Een afzonderlijk hoofd
stuk wordt gewijd aan de tactiek der verdediging in de lucht, waarbij de
stelling op den voorgrond wordt geplaatst, dat: „the best defense against
aircraft is furnished by aircraft; just as the best defense against a naval
attack is a navy. Voor wat betreft het optreden van vliegmachines tegen
oorlogschepen is de schrijver van meening, dat „the airplane will be a
feeble weapen against a properly protected fleet". Hij waarschuwt tegen
de tegengestelde conclusie, welke op grond van manoeuvre-ervaringen daar
omtrent getrokken is.