gebreiden zin des woords. Voor de officieren in het bijzonder sluit
dit in zich, dat zij niet alleen als staatsburger, maar vooral ook
als militair, met kracht moeten medewerken aan de verhooging
van de economische, de lichamelijke en de moreele volkskracht.
Algemeen maatschappelijke ontwikkeling is daartoe minstens even
onmisbaar als militaire vakkennis. Helaas zijn vele officieren
hiervoor nog ziende blind en hoorende doof".
De vraag is gewettigd, of de laatste opmerking meer algemeen
genomen niet op vele andere ambtenaren, ja op het meerendeel
der staatsburgers, van toepassing moet worden geacht. In dien zin,
dat zij te weinig aandacht schenken aan wat niet tot hun werk
kring behoort en te ras voldaan zijn wanneer hun belang, zij het
oogenschijnlijk, maar bevorderd wordt.
Voor de ambtenaren, van wier werk Indië nog zoo veel moet
verwachten, ware het te wenschen dat er meer perspectief gelegd
kon worden in hun verhouding tot den Staat.
Het is niet tegen te spreken, dat hunne prestaties in doorsnee
beneden die van particulieren blijven. Niet omdat de laatsten op
hooger peil staan, doch omdat bij de eersten de prikkel ontbreekt,
terwijl in dit opzicht ook de tot voor kort bestaande vastheid van
positie uiteraard niet ten goede medewerkte. Het ontnemen van die
vastheid zonder daar iets anders tegenover te stellen is echter
weer niet te verdedigen.
Het eigenbelang spreekt niet op de meest gewenschte wijze
mede. Niet door krachtsinspanning en het leveren van voortreffe-
lijken arbeid, maar door het correct volgen der bekende paden is
het beste promotie te maken. Dit drukt zijn stempel op het werk.
Indirect is het hooge Staatsbelang het eenig ware belang voor
den ambtenaar, doch de realiteit van het voor de hand liggende,
rechtstreeksche, eigenbelang wordt door de meerderheid spoedi
ger en beter begrepen en als zoodanig, of ook wel tegen beter
weten in, nagestreefd. Waarlijk in 's Lands belang zou het zijn
wanneer hiermede voortaan rekening kon worden gehouden op
zulk een wijze, dat het eigenbelang voor den ambtenaar een
ernstige aansporing inhield, om al zijn krachten te geven aan de
hem toevertrouwde taak, om, waar mogelijk, die taak zelf te willen
uitbreiden. Zooals het nu is zijn de meeste ambtenaren in Indië
wettelijk slechts verplicht gedurende een zeker aantal jaren, 15
25, gedurende een zeker aantal uren per dag, 6 8, aan een zeker
aantal opdrachten te werken, om daarna met pensioen te gaan.
Mislukt de uitvoering der ontvangen opdrachten zij worden er
niet anders van. De particulier daarentegen werkt gedurende geheel
zijn leven met langer dagelijks^Jre werktijden voor eigen rekening
en risico. Dit onderscheid is te groot. Het voor ambtenaren gevolg
de stelsel moet nadeelige gevolgen met zich brengen. Het is in
het algemeen en in aller persoonlijk belang, dat hierin verandering
komt. De, gelukkig nog vrij talrijke, minderheid der ambtenaren,
546