algemeene, nationale belangstelling, in bijzondere mate geldt dit voor een klein land als het onze". Tot het volksbewustzijn moet de overtuiging doordringen, dat, behalve de bloei, ook de weerbaarheid, de mogelijkheid tot staats- mobilisatie, afhangt van de krachtsontplooiing en van de alge- meene, nationale belangstelling der individuen. De wilskracht van Regeering, bevolking en strijdkrachten sluit in zich alle waarborgen welke voorbereiding en regeling ter voor ziening in de behoeften vragen voor het geval eener isolatie van Java. Zonder deze wilskracht valt niets te bereiken, daar de, bovendien nog onvoldoende ontwikkelde, volkskracht dan onbenut blijft bij gebrek aan doel en leiding. Van de wilskracht van het deel der bevolking, dat het Nederland- sche gezag vertegenwoordigt, dient, of uit overtuiging steunt, hangt het af of Java in geval van isolatie geestelijk, maatschappelijk en militair sterk genoeg zal wezen om vol te houden, om den strijd te winnen. Het streven moet uitgaan naar een organisch geheel. Wanneer die gedachte overheerscht zal in ernstige tijdsomstandigheden niet te vergeefs een beroep op den volkswil en op de volkskracht gedaan worden. Waar een wil is, is een weg! 5. DE ONDEROFFICIER-INSTRUCTEUR'), door P. A. Cox. Naar aanleiding van het artikel, onder hetzelfde opschrift, voor komende in „1923, No. 4" van dit tijdschrift, moge de aandacht van de lezers voor het volgende worden gevraagd. De stem uit het leger zoo gewenscht door den schrijver gaarne aan meerbevoegden overlatende, zij het mij niettemin ver gund op te merken, dat naast de nadeelen, die Schr. naar voren brengt, n. m. m. onmiskenbare voordeelen verbonden zijn aan een instandhouden van het instituut der onderofficieren-instructeur. Voordeelen, n. m. m. zóó overwegend, dat in. i. op de opsomming der nadeelen slechts één antwoord te geven is, n. 1. dat de be zwaren moeten worden ondervangen, of in den koop moeten wor den genomen. Het voordeel, waar ik op doel, is, dat de instandhouding van dit instituut en dit geldt ook voor het instituut der onderluitenants, dat in het bijzonder verstoken is van de sympathie van den steller van het naschrift op onderwerpelijk artikel den onderofficieren, d. w. z. den sergeanten, uitzicht biedt op betere promotie. Reeds jarenlang is, naar het mij voorkomt, het Legerbestuur doende geweest maatregelen te beramen, om het maatschappelijk Ter publicatie ontvangen 1 -7-'23. Red. I.M.T. 551

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 53