wist te overtuigen. Eindelijk was het project dan door het Br. kabinet aangenomen. In verband met de gebeurtenissen in It. besloten Lloyd George en Painlevé naar Italië te gaan en daar te confereeren. Alvorens op 3 Nov. Londen te verlaten, hadden zij de oprichting van 3 andere permanente organen van den intergeallieerden Oor logsraad overwogen, n. 1. een maritiem comité, dat te Londen zou zetelen, een diplomatiek en een economisch comité, om de samen werking ook op die gebieden te verzekeren. Daardoor had Fr. de zekerheid van het gebruik van de grondstoffen, de noodige credie- ten, enz. tot het einde van den oorlog. 5 Nov. vingen te Rapallo de besprekingen aan tusschen Painlevé, Lloyd George, Orlando en Sonnino. Het bleek, dat het It. leger wel aan de Piave zou kunnen stand houden, maar door het totaal gebrek aan algemeene reserves achtten beide laatstgenoemden een ondersteuning met 15 Divn noodig. Het ontwerp voor den intergeallieerden Oorlogsraad werd aan genomen. Alleen de hiervoren genoemde eisch van Lloyd George betreffende der. chef van den Gen. Staf verwekte ook hier tegen stand. Deze echter eischte inwilliging daarvan, want indien Foch tevens Chef van den Gen. Staf van het Fr. leger bleef, zou hij niet zijn volkomen onafhankelijkheid van oordeel houden. 7 Nov. eindelijk werd de overeenkomst gesloten door de ver tegenwoordigers der Fr., Br. en It. Regeeringen. Zoo was dan eindelijk, na eindelooze onderhandelingen, ontstaan een Conseil supérieur de guerre, zooals het nieuwe instituut genoemd zou worden, waaraan toegevoegd een permanente Gen. Staf, waarin Foch, Wilson en Cadorna resp. Fr., Eng. en It. zouden vertegen woordigen. Den 7den des avonds trad deze intergeall. Gen. Staf in functie. 8. Nov. werd de overeenkomst naar Petrograd en naar Was hington geseind met de noodige inlichtingen. In R. had nu juist de communistische revolutie plaats, waardoor Rusland uit den bond viel. Van Pres. Wilson werd adhaesie ver wacht. Evenwel ondervond het verdrag in Engeland zeer veel tegen stand en werd Lloyd George in het Parlement er hevig over aan gevallen; na een hevigen strijd wist hij echter de overwinning te behalen. In Frankrijk viel Painlevé over quaestiën van binnenlandsche politiek. Het nu optredende kabinet Clémenceau bracht in de te Rapallo genomen beslissing een belangrijke wijziging. Niet Foch zou Fr. in den intergeall. Oorlogsraad vertegenwoordigen, maar Weygand. Foch bleef Chef van den Gen. Staf van het Fr. leger. Eerst toen de D. in 1918 hun groote aanvallen deden en ook van Br. kant werd aangedrongen op de benoeming van Foch als voorzitter van de permanente Gen. Staf van den Raad, werd hij, 612

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 34