vleesch (elk met eene capaciteit van 1500 KG.) en hooger bedoelde
elementen (E. N. E.) 8 auto's.
De samenstelling der Intendance van een Legerkorps is als volgt:
Off.
supé
rieur
d'Int.
Direction de l'Int.
Sous-Int. des E. N. E.
Groupe d'Exploitation
Troupeau de bétail
Cooperative des E. N. E.
Réserve de commis et
ouvriers pour l'ensem-
ble du Corps d'Armée
Ad-
joint a
l'Int.
Off.
d'ad-
mini-
stration
des
bu
reaux
Off.
d'Adm
des
sub-
sis-
tances
10
Total 2 1 3 5 8 10 19 1127
Ik heb de Divisie niet kunnen behandelen, zonder tevens mel
ding te maken van het Legerkorps, omdat dit laatste orgaan feite
lijk de basis vormt van de legerorganisatie. In vredestijd bestaan
izelfs, wat de diensten betreft, geen zelfstandig handelende Di-
visiën, zooals later zal blijken.
Transportmiddelen. De Intendance dezer groote legereenheden
bezit, buiten de automobielen voor den vleeschopvoer, geen be
paalde formaties voor het vervoer van levensmiddelen. Dat was
wel het geval vóór den oorlog, doch tijdens den grooten oorlog
heeft men de treinen noodgedwongen moeten verminderen, eens
deels omdat de' opvoer van de enorme hoeveelheden fourage vaak
onmogelijk bleek en anderdeels, omdat de aanvulling van het
paardenmaterieel onoverkomelijke moeilijkheden opleverde.
Automobielen konden voor de ravitailleering niet blijvend aan
de Intendance worden afgestaan, omdat het aantal krachtvoertui
gen, voor verschillende doeleinden gebezigd, reeds zoo enorm
groot was (100.000 stuks), dat onmogelijk een vrij grooter aantal
beschikbaar kon worden gesteld. Bovendien was een zuinig ver
bruik van benzine geboden, daar dit artikel uit Amerika moest
worden betrokken en de approviandeering daarvan dus niet een
voudig was. Wanneer men nu nagaat, dat in 1918 30 legerkorpsen
van 3 Divisiën, zoomede 22 zelfstandig optredende Divisiën (d. i.
in totaal 112 Divisiën) in het veld stonden, kan men zich voor
stellen, dat de intrekking der Intendance-formaties eenerzijds ge
weldige besparing aan paardenmateriaal heeft gegeven, maar dat
anderzijds de toevoeging van autos aan dien dienst voor den op
voer eene zoodanige uitbreiding van het aantal krachtvoertuigen
zou hebben veroorzaakt, dat daaraan niet kon worden gedacht.
662
9
7
43
34
24