gelegen loopgraven worden gebracht. Om de waarneming gedu rende het vuur te kunnen voortzetten wordt de periscoop ingevoerd. Onderaardsche telefoon-leidingen en geblindeerde waarnemings posten worden aangelegd. Men maakt electrische draadversperringen, die tegen patrs en verk.-afdn en tegen coups de main beveiligen, maar in geval van een hevige art.-beschieting weinig nut zullen hebben, want men moet rekenen op vernielde geleidingen, omwoelingen enz. Om de op ruiming te bemoeilijken, strooit men potassium of bijtende soda. Al deze maatregelen vereischen een belangrijk materieel. De depots worden hoe langer hoe grooter. De aanvulling neemt hoe langer hoe meer zorgen in beslag. Daar steeds meer bleek, dat de mitr. standen niet bestand waren tegen het vuur der art., tenzij men tot zeer omvangrijke en tijdroo- vende maatregelen overging (gebruik van beton, enz.) hetgeen onder vijandelijk vuur echter niet mogelijk was, besloot men de mitrs niet meer in de gevechtsloopgr. te houden, maar ze vrij in het terrein op te stellen; zij mochten hare opstelling niet verraden dan op het laatste oogenblik, wanneer zij in het gevecht ingrepen. Goede maskeering was noodzakelijk. Opstelling schaakbords- gewijze. Steeds nam het art.-vuur in hevigheid van uitwerking toe, niet alleen door de groote massa's in werking gebrachte art., maar ook door de steeds zwaardere kalibers. Vernielingsvuur was hoofd zaak. Ook kon dit steeds over grootere diepte tegelijk worden afgegeven. Bij den verdediger bracht dit mede: de groote tegen- stooten door vèr achterwaarts daartoe gereed gehouden krachten, wanneer de aanvaller het vernielde terrein van de 1ste stelling had verlaten en zonder den onmiddellijken steun zijner art. was. Het was niet mogelijk deze krachten op korten afstand van die stelling gereed te houden. De bezetting van de voorste stelling moest nu den aanvaller afbreuk doen door zijn voortdringen te vertragen en orde en verband bij hem te verbreken, zoodat hij partieel kon worden geslagen. Daartoe is hardnekkig standhouden noodzakelijk. 13 Nov. 1916 werd naar aanleiding van de gewonnen ervaring een instructie uitgegeven, aangevuld door die van 15 Dec. Het navolgende wordt er uit overgenomen: Het gebruik van het terrein heeft ten doel de eigen troepen in gunstige, den vijand in ongunstige omstandigheden te brengen. De verdediging moet over zoodanige diepte worden georganiseerd, dat het verlies van eenige deelen niet het behoud van het geheel in gevaar brengt. De voorste stelling bestaat uit meerdere doorloopende loopgra ven, die echter niet evenwijdig aan elkaar loopen, op 150 300 M. van elkaar verwijderd en met elkaar verbonden zijn door talrijke naderingsgangen. De 2de stelling ligt op 410 K. M. meer achterwaarts. 687

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 43