meer bestaan. De Legercomdtn dienen aan het ontwikkelen er van de meeste aandacht te wijden. Tegen tanks dienen anti-tank-geweren, geschut op auto's, mij nen, die bij het rijden der tanks over de gronddekking ontploffen, boomen van 1 M. dikte". 10 Aug. 1918 verscheen een nieuwe uitgave van de instructie va-n 15 Aug. 1917. Het denkbeeld van zone-verdediging wordt er nog eens in geaccentueerd; de troepen strijden niet om liniën, maar om zones, waarin zij in de diepte zijn geéchelonneerd. De hoofd- strijd wordt om de hoofdzöne gevoerd. De troepen der voorste of veiligheidszone gedragen zich als veiligheidstroepen. Grooten nadruk wordt gelegd op de inf. opstellingen, welke de art. moeten beveiligen, een nadruk, voortvloeiende uit de groote verliezen aan geschut door onvoldoende beveiliging. De kracht van een gevechtszone kan echter niet uitsluitend op versterkingen berusten, want ten slotte zullen deze alle, hoe sterk zij ook zijn, door het hevige art.-vuur kunnen worden vernield. Ook zal, zelfs in krachtig versterkte stellingen, het moreel der daarin geïmmobiliseerde troepen door een krachtig bombardement worden geschokt. Daarom moeten de verdedigingsinrichtingen zoodanig worden verspreid, dat het vuur van den aanvaller wordt verdeeld. De aanleg der versterkingen mag er niet toe leiden den troep vastgekluisterd te houden aan de plaats, die hij bezet. Integendeel moet men een bewegelijke en offensieve strijdwijze volgen. We zien hier aan D. kant dezelfde erkenning betreffende het moreel als aan Fr. zijde, toen men hier besloot, bij de verdediging van de stellingen van Reims, het terrein tot de grens van het D. vernielingsvuur prijs te geven. De veiligheidszone kan volgens deze instructie 4 6 K. M. bedragen, om meer waarborg te geven tegen verrassingen. Eigen aardig is het wel, dat hier in de eerste plaats aan het tegengaan van verrassingen wordt gedacht en niet meer aan het scheppen van gunstige voorwaarden voor een tegenaanval. Dit vloeit in de eerste plaats voort uit het besef van de onmogelijkheid om tegen het art.-vuur der aanvallers die zone krachtig te kunnen verdedigen, terwijl de D. krachten zoozeer waren afgenomen, dat er geen Eingreifdivisionen meer konden worden afgezonderd, maar deze moesten worden vervangen door kleinere eenheden, hoogstens regimenten. In een nota van 4 Sept. 1918 geeft Ludendörff nog eens aan, dat de troepen van de veiligheidszone zich gedragen als voor posten. Zij moeten zich terugtrekken, zoodra een werkelijke aanval zich teekent; met patrouilles moet men voeling met den vijand houden. Bij een partieelen aanval moet men door een tegenaanval het verloren terrein trachten te herwinnen. 700

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 56