12 K.M.) van het vijandelijk geschut kan blijven en voldoende beveiligd is. Met groote nauwkeurigheid konden dan de vijandelijke le en 2e linie worden waargenomen. Men neemt aan dat de waar neming zeer goed verzekerd is tot op afstanden welke 10 X de stijghoogte bedragen. c. Manoeuvres de l'ouest en Bretagne 1922. Voor het eerst na den wereldoorlog werden in de omstreken van het Camp de Coëtquidon manoeuvres op eenigszins uitgebreide schaal gehouden, die in geenen deele geleken op de manoeuvres van voor den oorlog. De bedoeling was zooveel mogelijk de werke lijkheid na te bootsen, voornamelijk door de uitwerking van het artillerie- en Infanterievuur tot haar recht te laten komen; hiervoor waren dus scheidsrechters noodig, die aan de aanvallende troepen telkenmale konden opgeven, wanneer zij in een door vuur bestreken terrein ageerden, en in verband met de door den aanvaller genomen maatregelen werd c.q. een vertraging in de aanvallende beweging opgelegd of de geheele voorwaartsche beweging stopgezet. Dat hiervoor een enorm groot aantal scheidsrechters noodig was, mag blijken uit de omstandigheid, dat voor den aanval van een tot een legerkorps behoorer.de divisie (aan beide zijden aangeleund aan nevenafdeelingen) op een front van 1600 M. (in de beginstadia van de operatie 2400 M.) noodig waren voor de arbitrage alleen: 2 Generaals, 45 Hoofdofficieren, 43 Subalterne Officieren, 90 Offi ciersoppassers, 116 minderen, 57 Officierspaarden, 10 auto's of camions, 8 motorrijwielen. De leiding der manoeuvres was toevertrouwd aan Generaal de Boissoudy, een der bekende figuren uit den wereldoorlog, bijge staan door een staf van 37 officieren, 32 minderen, 52 oppassers en cavaleristen, 41 paarden, 36 auto's of camions. Het groote aantal voor leiding en scheidsrechtersdienst benoodigd personeel was aanleiding dat het effectief aan officieren en min deren zeer gering was. Teneinde het aanvallende legerkorps op de noodige sterkte te brengen, werd van alle zijden het strikt be- noodigde personeel tot aanvulling gezonden; de aanvaller bestond aldus uit 2 Divisies, waarvan 1 Division cadres; de andere Divisie, de Division de Manoeuvre was echter evenmin op volledige sterkte, zoo bestond o.a. het 44e Regiment d'artillerie de campagne portée 1) uit: 1 groupe a 2 batteries de manoeuvre, 1 groupe cadres, 1 groupe geheel en al fictief. Ondergeteekende werd ingedeeld bij den staf van het 44e Re giment ACP.; hierdoor was het niet mogelijk het verloop der manoeuvres in onderdeden te volgen, doch hiervan werd een vol doende beeld verkregen door de kennisname van de door het D.w. z. op auto's vervoerd. 727

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 17