840 hoop uitspreken, dat ook in het I. M. T. binnen niet al te lang tijdsverloop soortgelijke studies mogen verschijnen, gegrond op onze nieuwe organisatie, onze nieuwe gevechtshandleiding, ons nieuwe velddienstvoorschrift en onze nieuwe gevechtsvoorschriften der wapens. Alleen dit willen we nog opmerken omtrent de bedoelde studie, dat er groote voorzichtigheid spreek uit de wijze waarop de schrijver den naderingsmarsch van een divisie in hooger verband laat uitvoeren. Hij motiveert zijn „Fransche methode" tegenover hen die deze voorzichtigheid zullen afkeuren door er op te wijzen, dat „de macht van het moderne vuur de alles overheer- schende factor op het gevechtsveld is". Dit is zuiver het Fransche stand punt, dat echter elders niet in die mate wordt gedeeld. En zij, wie beweging en moreel minstens even belangrijk voorkomen, zullen door da argument alleen zich niet laten overtuigen. De heer Pannekoek geeft een beschouwing over afstandmeting, en komt daarbij tot de slotsom, dat afstandmeting met verticale basis voor lage kusten te verwerpen is. Hij toont aan, dat reflex-afstandmeters (met korte basis in het instrument) onnauwkeuriger uitkomsten geven dan bij afstandmeting met lange horizontale basis worden bereikt. Hij geeft be langwekkende beschouwingen over de oorzaken der spreidingen welke optreden bij metingen met reflex-telemeters. Een artikel over „Commando-groepen' heeft de heer van Overeem ver taald uit het Deensche Militaert Tidskrift. De kapitein der genie Scharroo levert een studie over „Mitrailleurnesten in den bewegingsoorlog", welke ten zeerste in de algemeene belangstel ling wordt aanbevolen. Schr. geeft beschouwingen over het gebruik en de algemeene inrichting van mitrailleurnesten, alsmede over dekking tegen gezicht en tegen vuur. Het artikel is verlucht met een eenigszins Japansch aandoende schets. Vermelden we ten slotte nog een artikel over het 130-jarig bestaan van het Korps Rijdende Artillerie en een schets over de taak van de achter hoede bij den terugtocht, welke, <naar het ons zoo voorkomt, in hare drie conclusies geen nieuwe gezichtspunten opent. alsook een chloorpreparaat van Bayer Co. „Desazon" genaamd. Voor het neutraliseeren der chloorovermaat gebruikt men natrium- of calciumbisulfiet. Bayer geeft ter neutraliseering van het Desazon een stof Ortizon genaamd. In den oorlog was ieder Duitsch soldaat voorzien van tabletten Desazon en Ortizon. Elders worden kopersulfaat en kaliumpermanganaat gebruikt. Het nieuwste middel is een Amerikaansche stof het z. g. Halazone, dat vooral in Alumi nium veldflesschen zeer snel schijnt te werken. Voor zuivering in het groot wordt bestraling met ultraviolet licht aanbevolen. In Zwitserland zijn daar voor installaties op 2-spannig voertuig beschikbaar, die den troep overal kunnen volgen. Het artikel over „Inrichten van loopgravensteisels" wordt vervolgd. In „Practische wenken voor den Compagnies-commandant" worden spe ciale gevechtsmomenten in détails behandeld, in dit nummer het ontwik kelen van een compagnie in den boschrand en de wijze van optreden bij Cavalerie-aanvallen. Het komt ons voor dat deze wenken waardevolle aanvullingen leveren op de voorschriften, die uiteraard niet zoo in details kunnen afdalen. In het ingehechte: „Artilleristisch tijdschrift Sept. 1923 No. 9 wordt door K. Mavors. No. 9 September. „Drinkwatervoorziening te velde". Als zuiveringsmiddel voor water wordt aanbevolen chloorkalk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1923 | | pagina 58