invloed uit. Had de AB. bijvoorbeeld 10.5 cM. Hw., dan zoude vermenging van verschillende soorten en kalibers in een groep door de omstandigheden (schietopdrachten) geboden kunnen zijn (zie b. v. Balck: Entwickelung der Taktik im Weltkriege le druk, blz. 24 of Rohrbeck blz. 389. Führung und gefecht 11 blz. 270 naast Culmann blz. 303). De uitslag der verschillende verkenningen is als volgt: Gunstige waarnemingspunten worden gevonden op den rug Z. van pl. 5, waar enkele djatiboomen staan, zoodat het spraakgebruik bij het detachement de kaart al spoedig aanvult met de benaming G. Djati. Verder kan ook van den Pr. Soekabarang vuur in de rich ting Depok worden geleid en van Tjiboeëuk (A III 60--30 idem in W. richting. De Pr. Kembang is niet verkend, doch zal voor de vuurleiding van het infanterie-geschut in aanmerking kunnen komen. De AB. kiest nu zijn standplaats of commandopost aan het voetpad, dat van Naloek in ZW. richting loopt achter den Pr. Tjampaka bij kg Tjilimbangan (A III). Naloek bleek minder geschikt, omdat het, aan den grooten weg gelegen, spoediger op valt aan 's vijands luchtverkenning, terwijl in" Tjilimbangan het geboomte dichter is. 9) De keuze van de standplaats van den AB. wordt beheerscht door de mogelijkheid van aanleg van snelle en duurzame verbindingen. Daar bij mag echter niet worden gerekend op volkomen betrouwbaarheid der mechanische verbindingsmiddelen. Te ver achter blijven verlengt den weg waarlangs de berichten gaan, veroorzaakt verlating of zoekraken. Bovendien wordt door een te ver achteruit gekozen opstelling de per soonlijke invloed van den bevelhebber verkleind, terwijl die juist van het grootste gewicht is. Het idee dat de R.C zich „buiten het strijdgewoel' kan opstellen is een nog niet geheel verdwenen onjuiste conclusie uit den Russisch- Japanschen oorlog. Ook wordt de terreinkennis in den staf er door geschaad. De troep verlangt op het beslissend moment ook de hoogere bevel hebbers te zien en voelt zich gesterkt door hun tegenwoordigheid, ge lijk in tijden van rust door hun persoonlijke zorg voor het wel en wee van den troep. Het begrip commandopost sluit niet in zich, dat de AB. steeds op zijn veldstoel blijft zitten. Hij kan zich zeer wel tijdelijk van zijn staf scheiden om zelf te zien, doch het personeel, dat in zijn commandopost werkzaam is, moet geïnstrueerd zijn, hoe te handelen bij zijn afwezig heid. Principieele beslissingen zal de achter gebleven staf niet dan in Toelichting: De plaats is met behulp van coördinaten aangegeven. Zoo lang onze kaarten daarop niet speciaal zijn ingericht, volge men (ook bij andere wapens dan de artillerie) de methode uit V. V. V. D. A. pt. 13. a. Zoo noodig wordt het kaartblad genoemd, daarna het vierkant, door eerst aan te geven de letter van de horizontale en daarna het cijfer van de ver ticale strook waarin de ruit is gelegen. (Het voorschrift klopt hier niet met de plaatsing der letters en cijfers op bladen 1:£0.000, wel met een deel der kaarten 1 25000 en met de krijgsspelkaart Soemedang). Vervolgens wordt de plaats van het betrokken punt aangegeven door in millimeters eerst op te geven den horizontalen en daarna den verticalen afstand van dat punt tot den linkerbovenhoek van het vierkant. 55

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 55