zoo zegt hij, zal men ook voor die gevallen er wel om moeten denken, dat men nooit succes zal kunnen verkrijgen als men niet gezorgd heeft zich te verzekeren van het vuuroverwicht op het oogenblik dat de actie wordt ingezet en als men die niet weet te behouden tot op het oogenblik dat de beslissing valt. Dit is dus zuiver het Fransche standpunt, dat het overwicht in materieelen zin zöö sterk op den voorgrond stelt, dat al het andere er bij achter staat Wij hebben thans het artikel uit de Revue Mil. Générale vol doende besproken en zullen overgaan tot het in beschouwing nemen van de maatregelen bij de 7de Fr. divisie. In de eerste plaats vestigen we de aandacht op het bevel voor het 3de en 4de Leger. Laatstgenoemde zou in N. richting aanvallen en het 3de Leger kreeg bevel deze operatie te dekken. Tegen dezen opzet zijn geen bezwaren, doch wel tegen hetgeen verder volgde. De taak om het 4de Leger te beveiligen kwam in hoofdzaak toe aan het 4de Legerkorps, dat het bevel kreeg een divisie over Virton naar Etalle en een divisie over Ethe naar St. Léger te dirigeeren. Zooals we hebben gezien werd er nog telefonisch gevraagd of het de letterlijke bedoeling was dat er over die plaatsen, dus in marschcolonne, gemarcheerd zou worden. Dit bleek werkelijk het geval te zijn, waarmede de grond werd gelegd voor de ongelukken welke het legerkorps dien dag zouden treffen. Wanneer, om ons nu maar tot de 7de divisie te bepalen, in een breede formatie opgerukt ware geworden, b. v. tegelijkertijd over Bleid en Ethe, dan had de catastrofe in laatstgenoemde plaats nooit dié afme tingen kunnen aannemen, terwijl het gevecht in het algemeen veel voordeeliger zou zijn verloopen, gezien de groote omzichtigheid van de Duitschers, die zelf voortdurend vreesden verrast te zullen worden. De opdracht, aan het 14e Huzaren gegeven, liet alles te wenschen over. Had men werkelijk resultaten van de verkenning willen hebben, dan had deze over een breeder front moeten geschieden en had niet het heele regiment langs den marschweg ingezet moeten worden. Dat er een bataljon als steun werd meegegeven was goed, doch door het verkeerde gebruik van het reg. huz. kwam dat bataljon ook niet tot zijn recht. Nu kwam het op goed geluk in gevecht zonder doel en zonder richting. In sterke mate deed zich het nadeel gevoelen van het in gevecht Het bovenstaande was reeds geschreven, toen onze aandacht viel op een bespreking van het artikel in de Revue Mil. Gén. in deAllgemeine Schweizerische Militarzeitung, No. 22. De Zwitsersche schrijver toont zich geen bewonderaar van het door den Franschen auteur ontworpen schema. Hij zegt daaromtrent: „Nun lege man sich einmal auf der Karte einen solchen Vormarsch gegen den Feind in unserem Gelande es braucht nicht gerade Jura oder eigent- liches Gebirge zu sein etwas zurecht und'berechne (wenn auch nur stich- probenweise) die Zeiten, die er beansprucht". 111

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 37