7. TACTISCHE OEFENINGEN (Ie vervolg). De verdeeling van de infanterie over de stelling. Aan menigeen, zal de aangegeven opstelling toeschijnen meer te passen? bij een stellingoorlog- Echter ten onrechte 10. Bij een voor langeren tijd ingerichte verdediging worden als regel de bataljons van het regiment echelonsgewijze achter elkaar geplaatst, zoodat ieder bataljon de geheele breedte van de regimentsstrook beslaat. Hierdoor wordt de samenhang van de vuurverdediging beter gewaar borgd dan door de vleugelgewijze opstelling der 3 ieder in de diepte geëchelonneerde bataljons. Hoe meer vakgrenzen, hoe meer zwakke punten. Ook kan door de gekozen opstelling het in de 2e linie staande bataljon onder eenhoofdige leiding een veel grooter kracht ontwikkelen bij den tegenaanval (tegen stoot) dan een even groot aantal reserve compagniën van verschillende bataljons naast elkaar. Het brengen van verband tusschen die compag nieën veroorzaakt bovendien tijdverlies, wat ernstige gevolgen kan hebben. 11. De achter elkaar geplaatste bataljons krijgen de naamsaanduiding voorbataljon, stootbataljon, reserve bataljon. Het voorbataljon kan naar omstandigheden over een meer of minder diepe strook verdeeld worden terwijl eene kleine reserve kan worden afgezonderd. De Bat. cdt. bepaalt of de cieën echelonsgewijze achter elkaar of vleugelgewijze naast elkaar komen. In het eerste geval beslaan de cieën weinig diepte, in tegenstelling met het tweede geval- Wanneer een compagnie op voorposten is geplaatst en dus voor de stellingbezetting er nog 3 overblijven, geeft het weinig verschil of de 3 cieën achter elkaar dan wel van elke cie 3 secties achter elkaar en dus de cieën naast elkaar staan. Zijn er 4 cieën, dan is de handigste formatie de vleugelgewijze opstelling met 4 rijen van 3 achter elkaar opgestelde secties. Men wane niet, dat door een opstelling van de compagnieën achter elkaar het overzicht en de leiding voor den Bat. cdt. tegenwoordig nog vereen voudigd worden. Integendeel. Niet mag worden vergeten, dat, wil een cies. cdt. zijn gevechtsstrook afgaan wat hij bij een aanval alleen des nachts zal kunnen doen hij in 3 echelons evenveel front moet afloopen als in een, doch bovendien nog de 2 afstanden tusschen de échelons. Gaat men uit een marschformatie over tot de verdediging, dan gaat het achter elkaar plaatsen van 2 ciën in de voorste linie en in de beide volgende elk 1 zeker zoo vlug als het innemen van een vleugelgewijze opstelling. Het geringere aantal vakgrenzen waarborgt een betere vorming (in de breedte en diepte) van de vuurzöne zonder gapingen. Speciale officieren moeten worden aangewezen om na te gaan, hoe het met de aansluiting gesteld is (in den nacht na een afgeslagen aanval b. v.). Daartoe loopen zij het front af en rapporteeren met behulp van een schets omtrent het verband. Ook zenden bataljons van naast elkaar strijdende regimenten verbindingsofficieren of geschikte onder officieren tot het onderhouden van verband en aansluiting. Zij zullen tevens iedere voorkomende gelegenheid melden om uit het névenvak Hierbij een oleaat op blad A III krijgsspelkaart Soemedang. Aanbevolen wordt, het blad A III, gevoegd bij de vorige aflevering, met rood en blauw op te werken. 126

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 52