1. DE VELDTOCHT IN ZEVENBURGEN,
door H. C.
(Vervolg).
De Slag.
26 September begon de slag bij Hermannstadt. Gelukkig was
het begin niet voor de Duitschers. Overal hielden de Roemenen
krachtig in hunne stellingen stand.
De 187e Div. rukte tegen de hoogten van Guraro en Poplaka
op en kon des avonds die plaatsen nemen, maar de Roemenen
bleven in hun sterke stellingen op den D. Civara en den Valare
zitten.
De 51e Honved-Div. kwam niet vooruit.
De 76e Res. Div. ondervond bij doorschrijden van het terrein
O. van Hermannstadt zooveel oponthoud, dat zij niet tot een eigen
lijke gevechtsontwikkeling kwam.
Von Falkenhayn, die het gevecht waarnam van den Riesenberg
N. van Orlat, zocht de oorzaak van het geringe succes vooral in
de versnippering der artillerie en het niet voldoend krachtig gebruik
van haar vuur. De Commandant van het XXXIXe Res. Korps kreeg
daarom last, de fout zoo spoedig mogelijk, in elk geval vóór den
volgenden ochtend, te herstellen.
Door het cavalerie-korps werd in den loop van den dag een vrij
sterke afdeeling lichte cavalerie met artillerie op den Z. oever der
Alt Z. W. van Kerz tegen de lijn Felek F. Porumbak vooruit
geschoven. Roemeensche cavalerie, die uit het O. langs den voet
van het gebergte tegen haar oprukte, werd op grooten afstand
door de 10.5 c. M. kanonnen onder vuur genomen en keerde terug!
Van het Alpenkorps was bericht ontvangen, dat het dien morgen
met vooruitgeschoven afdeelingen den straatweg bij de Kaiser-
Brunnen aan den ingang van den pas (1 compagnie), bij het
plaatsje Roterturm (1 bataljon), bij Riu Vaduliu (1 bataljon) en bij
Caneni (1 bataljon) had bereikt, en dat men geloofde, dien weg
daarom voortdurend te kunnen beheerschen. Het bataljon, dat
Caneni, en de troepen, welke Roterturm hadden genomen, waren op
ernstigen tegenstand gestooten. Een in den voormiddag van het
N. den pas binnenrukkende Roemeensche afdeeling was bij de
Kaiser-Brunnen vernietigd. Tegen den avond waren de Roe
menen echter op eenige plaatsen tot den aanval overgegaan, vooral
bij Caneni zeer krachtig. Van den afloop was nog niets bekend.
Van de troepen aan den Szurduk-pas werd bericht ontvangen,
dat zij een nieuwe stelling hadden ingenomen op den Oboroca en
147