197 BIJ DE K. M. A. ZIJN VERSCHENEN: '265. Beknopt overzicht der proeven en oefeningen die in de jaren 1914 t/m 1919 met artilleriematerieel hebben plaats gehadprijs f 1.10 513. Verzameling van vraagstukken ter oefening in de be ginselen der mechanica, door N. C. Grotendorst. Derde gewijzigde druk. Bewerkt door G. de Josselin de Jong. 0.95 544. Geschiedenis van het Bataljon Mineurs en Sappeurs, later Korps, thans Regiment Genietroepen, door D. van den Berg5.— 588. Handleiding tot de kennis der Artillerie. Hoofdstuk I. Het schieten. Tekst. Met tabellen, aanhangsel en platen. Tweede herziene druk, door H. J. A. Feber 10.75 ■857. Wetten en andere wettelijke voorschriften van belang voor de Landmacht (militaire strafwetten uitgezonderd) I—X, verzameld in portefeuille-omslag 4.50 10. UIT DE PERS. Onder den titel „Het Krakende Politiegebouw" verscheen in de Java- Bode van 1, 2 en 4 Februari j. 1. een artikel van de hand van J. C. Lamster, waaruit wij, in verband met het militaire belang van de kwestie, die hier besproken wordt, het een en ander willen aanhalen. Het werd geschreven vóór de Tangerangaffaire, waarmee wij alleen willen zeggen, dat daardoor de schrijver menig argument miste ter staving van zijne beweringen. Schrijver betoogt, dat de organisatie der Indische politie niet beant woordt aan de in 't algemeen aan een politie-organisatie te stellen eischen en zoekt de oorzaak daarvan in een scherpe antithese tusschen het civiele en het militaire element in Indië, want zegt hij ,Aan de voor de hand liggende oplossing, ons sedert een eeuw en langer door alle andere beschaafde landen met het moederland en de voor naamste koloniën incluis, getoond, n. 1. een doelmatige en economische verdeeling van den arbeid, eene gezonde samenwerking tusschen civiel en militair, daaraan denkt niemand, wenscht men althans niet te denken. Lieve hemel, samenwerking op politioneel gebied tusschen leger en civiel bestuur, zooals dat overal elders zeer ten voordeele van de schatkist met groot succes mogelijk bleek, dat is in ons gezegend Indië nog steeds een denkbeeld beneden de waardigheid van den rasechten Indischen auto craat. Neen, alles of niets, en liever half en prutswerk ten koste van veel geldverspilling, maar „Ik" de baas, dan goeden en degelijken arbeid voort spruitende uit eene gezonde samenwerking op economische basis en uit eene onderlinge waardeering van elkanders prestaties Ziet hier in enkele woorden den grooten kanker, die tot nu toe eene afdoende oplossing van het politievraagstuk absoluut onmogelijk heeft gemaakt. Deze antithese is het, die als een onzalige vloek heeft gedrukt op alle pogingen tot verbetering van den politioneelen toestand en op alle proeven met diverse politie-reorganisaties". De beginselen, welke de heer Lamster terugvindt in een normale orga nisatie overal elders zijn a. Stadspolitie (politie-agent, gardien de la paix) in de steden en groote vlekken b. Civiele veldpolitie (veldwachter, garde champêtre, Feldwachter, Feld- schütze, field constable) op het rustige platte land; c. Militaire Veldpolitie (maréchaussée, gendarmerie, carabinieri, enz.)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 51