1In geaccidenteerd terrein wordt altijd met tijdvuur ingeschoten totdat de baan ongeveer bepaald is. 2. Indien uitwerkingsvuur met tijdprojectielen in de bedoeling ligt, wordt ten allen tijde met tijdvuur ingeschoten. 3. Ligt uitwerkingsvuur met schokprojectielen in de bedoeling, terwijl aanslagen niet dan wel moeilijk waarneembaar zijn, dan geschiedt het geheele inschieten in tijdvuur. 4. Wordt ingeschoten met tijdvuur, dan zal de waarnemer zich ophouden in de lijn 1 op 4 (1 op 2) en alleen den zin der afwijkingen melden, hoogstens nog met de onderscheiding ver of ver of 5. De vuurleider zal in vlak terrein bij het inschieten in tijdvuur zoo spoedig mogelijk gemengde lagen geven. In geaccidenteerd terrein zal hiernaar eerst worden gestreefd, nadat de baan ongeveer goed ligt. 6. De waarnemer moet bekend zijn met de plaats der batterij, indien hij de ligging der schoten wil beoordeelen ten opzichte van de schootsrichting. Indien hij voor meerdere in elkanders nabijheid opgestelde batterijen waarneemt, wordt hem de gemiddelde plaats dier batterijen gegeven. De keuze van zijn plaats in de lucht berust op deze gemiddelde plaats der batterijen, zoodat zijne mel dingen dan ook daarvoor gelden. Alhoewel bij de besproken proeven de tactische zijde van het vraagstuk geheel buiten beschouwing is gebleven, komt het ons tenslotte toch gewenscht voor deze niet geheel onaangeroerd te laten. Want niet alleen zal zeer dikwijls het terrein het waarnemen van schokvuur onmogelijk maken, maar niet zelden ook zal de vijandelijke wapenwerking hetzij van den grond, hetzij uit de lucht, het onzen waarnemers kunnen beletten het doel op dusdanigen afstand te naderen, dat het waarnemen van de lig ging der aanslagen ten opzichte van het doel mogelijk wordt. Ook dan echter maakt de besproken methode het mogelijk om onze batterijen in de gelegenheid te stellen aan hare schietopdrachten te voldoen. De waarnemer wordt in staat ge steld om, boven de eigen liniën b 1 ij vend, zijn waar nemingsopdracht te vervullen, dus vlotter en juister, dan wanneer hij door vijandelijke afweermiddelen sterk in zijn werk zou worden gehinderd. Bovendien sluiten die meerdere veiligheid en het kortere tijds verloop van het inschieten geheel aan bij het voorschrift „zui nigheid in het gebruik van vliegtuigen". Wij vermeenen dan ook dat aan de technische voordeelen der methode belangrijke tactische voordeelen gepaard gaan. 275

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 61