1. fig. 7 a. en bde invalslijn loopt boven het waarnemings- vlak 2 fig 8 a en b.de invalslijn ligt in het waarnemingsvlak 3. fig. 9 a en b de invalslijn loopt onder het waarnemingsvlak. Geval 1 is het geval, dat zich ook voordoet bij schieten op vlak terreinhet zal als het normale geval kunnen worden be schouwd. Hier geldt de regelSpn. boven het waarnemingsvlak laten geen beslissing omtrent het of(—) der baan toe; Spn. in het waarnemingsvlak behooren bij een baan of bij een baan, naarmate de rookwolk het doel bedekt of het doel zich tegen de rookwolk afteekentSpn. onder het waarnemingsvlak behooren bij een baan. Deze regel laat bij het practische schieten eemge speling toe. Zoo zijn wij gewend, bij vlakbaanvuur beslissingen over het (_f.\ 0f der baan te nemen op grond van waarneming van Spn. met S. H. lager dan 2 °/00. Wij hebben hier den regel evenwel zuiver gehouden, al ware het alleen maar omdat bedoelde spelino' niet voor alle gevallen even ruim mag worden genomen. Hoe meer geval 1 geval 2 nadert, hoe minder speling kan wor den toegelaten. Dit geldt ook voor geval 3, zooals zal blijken. De vuurleider zal zich hierin door zijn goed oordeel moeten laten leiden Wij vestigen er nog de aandacht op, dat, wanneer de waar nemingslijn zich in dit geval slechts weinig boven het verloop van de helling bij het doel verheft en belangrijk lager is gelegen dan de richtlijn, de kans op waarnemingen al zeer gering is (Spn. A. als niet waarneembaar onderstellend). Alle Spn. toen boven de waarnemingslijn zijn en de kans op Spn. in of onder die lijn is uiterst klein. Men zou kunnen opmerken, dat de kans daarop ook gering is op volkomen vlak horizontaal terrein doch ziet dan voorbij, dat T. correcties in dat geval goede S Hn.' ten gevolge zullen hebben, ook al mochten volgende schoten als gevolg van de spreiding eens 50 M. korter of verder vallen. In het door ons onderstelde geval echter leveren die korte en verre schoten resp. te hooge Spn en Spn. A. uit ''deze beschouwing valt gemakkelijk te concludeeren, dat in het algemeen een opstelling van den waarnemer onder de richtlijn moet worden vermeden, en dat er zelfs gevallen zijn, waarin de vuurleider het zich al buitengewoon moeilijk zou maken, door zulk een opstelling te kiezen Geval 2. Dit geval zal uiteraard uitzondering zijn, doch heett als grensgeval tusschen geval 1 en geval 3 zijn waarde. Hier geldt de regelSpn. boven het waarnemingsvlak behoo- i) Loopt het terrein bij het doel op ten opzichte van het waa™emings- vlak dan kan dit laatste zich niet voordoen. Een Sp. len. ]?g- i waarnemingsvlak behoort in zulk een geval dus altijd bij een baan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 11