en de voorbereiding van de eventueeie benutting der landbouw kundige, commercieele en industrieele hulpbronnen van het depar tement. Dat orgaan geeft zijn advies in alle aangelegenheden be treffende de ravitailleering, welke hem door den Minister van Oorlog of den Commandant van het Legerkorps worden onder worpen. De prefect is voorzitter van genoemd Comité; voorts maken daarvan deel uit: a. de vertegenwoordigers van het militair gezag (één vertegen woordiger aangewezen door den Commandant van het Legerkorps, de Intendance-officier belast met de ravitailleering en zoo noodig een vertegenwoordiger van de Marine); b. de departementale hoofden van verschillende groote burger lijke administraties (o. a. de hoofdingenieur van Weg en Werken, de betaalmeester, de directeur van de Registratie, de directeur dei- Douane enz.) en c. verschillende personen daartoe aangewezen uit hoofde van hunne speciale functies (o. a. de inspecteurs van de Afdeeling „Handel" der Spoorwegen, de directeur van den Landbouwkun digen Dienst, een of meer landbouwers, enz Een ambtenaar van de prefectuur, die voor dat doel eene toelage geniet, treedt op als Secretaris van het comité. Elk comité is verdeeld in 2 permanente commissies, waarvan de eene belast is met de werkzaamheden betreffende de schatting en de andere met de studie betreffende de exploitatie der hulpbronnen. De autoriteiten belast met de ravitailleering zijn de Intendance officieren en de prefecten. Hun rol bestaat in het voorbereiden in tijd van vrede en in het leiden in tijd van oorlog der werkzaam heden betreffende de ravitailleering. De prefecten zijn meer in het bijzonder belast met de proviandeering van de burgerbevolking en de Intendance-officieren met die van het leger. Elk ontvangstcentrum (centre de réception) heeft eene com missie van ontvangst (commission de réception), belast met het vereenigen en ontvangen der door elk „circonscription de groupe- ment" te leveren benoodigdheden, voorts met de afgifte aan de leveranciers der bescheiden benoodigd voor de vaststelling van hunne rechten en om aan de voorraden de gewenschte bestemming te geven. Elke commissie omvat: a. een president, gekozen uit eene door het departementale comité samengestelde lijst en bevattende de namen van personen uit de streek, die het vertrouwen van de bevolking bezitten en die daarvoor het meest geschikt worden geacht; b. een adjunct, om zoo noodig den president te kunnen vervangen; c. een secretaris, speciaal belast met de comptabiliteit en het schrijfwerk (als zoodanig wordt in den regel een ontvanger van de registratie aangewezen) 31T

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 31