mengde brigade behooren: een afdeeling van 3 batterijen artillerie,
één compagnie mitrailleurs en één peloton gendarmen.
De hoofdmacht van het Belgische leger lag dus geconcentreerd
in een vierhoek (Leuven Wavre Perwez Tienen) op ruim
twee dagmarschen 60 K. M.) ten westen van de AAaas. In front
werd deze opstelling gedekt door eenige kleine riviertjes als de
Groote en de Kleine Gette, die echter geen hindernissen van betee-
kenis vormden; de Groote Gette gaf nog de meeste moeilijkheden
bij een overtrekken, doordat zich op haar beide oevers talrijke
slooten en veel drassige weilanden bevinden; de Kleine Gette was
in dezen tijd van het jaar doorwaadbaar.
In het Hoofdkwartier van den Generalen Staf heerschte veel
verschil van meening en heeft men nog het plan gehad om na deze
concentratie op te marcheeren naar de Maas, ten einde daar den
Duitschers tegenstand te bieden. Om verschillende redenen
(voornl. spoorwegvervoer) is hier niets van gekomen en bleef men,
waar men was. Mi fff
De toestand in het Belgische leger moet vrij treurig geweest
zijn, althans de chef van den generalen staf, generaal de Selliers,
schrijft in een brochure, dat men midden in een reorganisatie
crisis was, 43000 man te kort aan sterkte had, groot gebrek
aan officieren, het leger niet geschikt was voor den bewegings
oorlog en last, but not least, dat er geen krijgstucht heerschte.
Gedurende den Duitschen aanval op Luik bleef het Belgische
veldleger rustig achter de Gette en stak geen vinger uit om de
bedreigde Maaslinie te helpen; zelfs verkenningsmaatregelen wer
den niet of hoogst onvoldoende genomen, zoodat men niets van
de Duitschers af wist en allerlei wilde en overdreven geruchten
de ronde deden en als waar werden aangenomen.
Op 6 Augustus krijgt de 3e divisie bevel om Luik te verlaten
(hier blijven alleen de bezettingstroepen achter) en bereikt, met
de gemengde brigade uit Tongeren, in den avond van 7 Augustus
het veldleger achter de Gette, zonder door de Duitschers verontrust
te zijn; alleen kleine afdeelingen Duitsche cavalerie worden
gesignaleerd.
Intusschen is de cavalerie-divisie van Gembloers, dus van den
rechtervleugel der opstellingen, verplaatst naar het front, n. 1. naar
Waremme en daarna naar den linkervleugel, zoodat zij zich op
10 Augustus, onder commando van generaal de Witte, in de streek
ten Zuiden van Diest bevindt1)-
De sterkte van deze divisie bedraagt:
één brigade a 2 regimenten guides a 4 eskadrons (5 off. en
166 man),
één brigade lansiers a 2 regimenten a 4 eskadrons (idem),
één bataljon wielrijders,
Op schets 1 ten onrechte als „Diets" aangegeven.
356