Men zie hiervoor, hetgeen ter zake voorkomt in het Velddienstvoorschrift en in het Verplegingsvoorschrift. (Zie ook Wet. Jaarber. '21 blz. 222 en '22 biz IV.) Ten aanzien van het in pt 3 door den Det. Int. behandelde valt op te merken, dat het vooruitschuiven van voorraden door den Det Int. bepleit, iets is dat doet denken aan het begrip „magazijn", vroeger verbonden aan onze Alg. Tn. De omstandigheid, dat deze stapelplaatsen bij eene verplaatsing der troepen soms zullen moeten worden nageschoven, brengt het adjectief „rollend" in de herinnering, zij het dan ook, dat de vorm is gewijzigd. Ad pt 4 zij aangeteekend, dat het beginsel van aanvoeren contra het fourageeren in het legeringsgebied niet alleen voor Java geldt, doch ook wordt teruggevonden in b. v. het Duitsche voorschrift: „Beitreiben kommt für die Truppe im allgemeinen nur in Feindesland in Betracht". Het mag slechts „im Notfall" geschieden en met inachtneming van bepaalde voorschriften. Ad pt 6 sub bVoor munitie heeft men als veiligheidsfactor een Alg. T. behouden. Een soortgelijke veiligheidsfactor voor den aanvoer van verplegingsartikelen zal men moeten vinden in het behoud van de conserven in den BT. Het fourageeren. Dit is wel de moeilijkste zaak. Gaat men de legering van de onderdeelen na, en de beginselen, waarop die berust, dan blijkt het volgende: Uit het algemeen denkbeeld en den bijzonderen oorlogstoestand Blauw herinnere men zich, dat gemengde Roode colonnes gekomen waren bij pl 46 en 44 ten O. van Legok en dat de Roode (strategische) cavalerie gemeld was in de lijn Pr. Handaroesa (B VI) P. Soerian (A VI). Bovendien waren ten N.O. van den Tampomas troepen gemeld in Tjonggeang en marcheerende richting Boeahbatoe. Vooruit loopende op wat dien dag verder omtrent Rood wordt gemeld, zij medegedeeld, dat de vliegdienst niets dat van belang was, meer te zien kreeg. Blijkbaar maakte Rood gebruik van de duis ternis om zijn strategische groepen te verschuiven en van de begroeiing der Indische terreinen, om zijn groepeering overdag aan de luchtwaarneming te onttrekken. Bij Blauw was de toestand als volgtVan de 3 escadrons der divisiecavalerie der le Divisie was er reeds den vorigen dag een bij de Cav. der 2e Divisie gevoegd om met deze op te treden als strategische (of leger-) cavalerie. Het gelukt noch aan deze cavalerie, noch aan de later volgende deelen der cav. der le Divisie, verder te komen dan de lijn Pr. Gadjahgamboeng Pr Parigi (pl 39) Pr. Soerian. Overal wordt de cavalerie afgewezen door afgezeten Roode cav. of wielrijders of infanterie. Het bevel, niet verder te marcheeren, doch tot legering over te gaan, kwam een half uur nadat de grocte rust gehouden was. 397

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 43