Uit de verhandeling van den Det. Int. volgt, dat het netto rende ment per bakauto gesteld kan worden op 9/10X500 450 KG. voor levensmiddelen, op 4/5 X 500 400 Ktvoor brandhout en op 2/3 X 500 KG 333 KG. voor hooi en padi. Per Cie zijn noodig voor 300 KG. levensmiddelen en 160 KG. hout 1 bakauto, terwijl de ove rige 400 KG. brandhout op een andere bakauto en de 80 KG. fourage op 1/4 bakauto gaan. Voor een bataljon zou dus moeten worden opgeladen op de volgende wijze4 bakauto's levens middelen voor de 4 Cieën met 4 bakauto's hout en 1 fourage, benevens voor den staf de helft van wat voor eene Cie noodig is, of 1 bakauto en wat fourage op een andere fourage auto. Dus 10 bakauto's. Deze beslaan stilstaande eene lengte var. 10 X 4 of 40 M. Men neemt verder achter elke auto eene ruimte van 5 M. om de treinkarren bij het fourageeren op smalle wegen re kunnen plaatsen en heeft dan rond 100 M. noodig. De compagnieën en het bataljon komen fourageeren met 4 X 2 +3=11 karren, hetgeen (toevallig) uitkomt met het aantal van 10 bakauto's. Per Cie wordt 900 KG. ontvangen, wat ongeveer (gelet op het volume van het brandhout) zal uitkomen op 2 keer r ij d e n (practische beproeving zou hier uitsluitsel moeten geven). Nog zij aangeteekend, dat nachtelijk fourageeren dikwijls noodig zal zijn en zal moeten gebeuren onder inwerking van 's vijands bedreiging en verkenning uit de lucht. ad pt 11. Nagagaan moet worden wanneer de BT. voor fou rageeren beschikbaar kan zijn. Om 6 uur was het hoofd der divisie te Tjimalaka. De staart was dan 13 KM. (eene divisie lengte), benevens de afstanden in de voorhoede (3 KM.) achter, dus rond 16 KM. Laat de BTn (met die van de inf. v. h. det. Tjampaka als tweede in de colonne) nu eens op 2 KM. volgen, dan is de BT. van dat det. dus minstens 18 KM. of een kleine (train régimentaire), een soort rollend magazijn bestemd „a assurerchaque jour la distribution" en bestaande uit 3 secties, waarvan de eerste twee tezamen voor twee dagen vivres vervoeren, de 3e conserven voor buiten gewone gevallen, terwijl de BTn der troepen nog een reserve (nood) ration vervoeren. Daar achter komen de convois administratives met 2 dagen vivres. Het geheel gelijkt dus sterk op ons vervallen beginsel der algemeene treinen. In Duitschland hebben de troepen BTn en Vpl. Tn. Deze laatste hebben een dubbel stel wagens „damit deren Leistungsfahigkeit nicht durch die zu den Empfangen nötigen Rückmarsche abnimmt." De eene helft volgt de troepen beladen en gereed voor de uitgifte de andere gaat naar behoefte terug naar de verstrekkingsplaatsen, waar het tweede lid van den verplegingsdienst in werking komt: de Nachschubkolonnen. Door deze dubbele stellen troepenvoertuigen behoeven dus de etappe- treinen niet zoo ver op te rijden en blijft de rust der troepen verzekerd. Ik behoud daarom nog altijd de hoop, dat in verbeterden vorm we de Alg. Tn. weder terug zien komen, zooals wij ook de tijdelijk verguisde hulpverbandplaats uit hare asch zagen verrijzen. 400

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 46