dèfofficiersopleiding^ d°en' vereischt wordt voor de toelating tot 474 8. ORGA AN N. I. O. V., JUNI-NUMMER. c He.t„nummer opent met het artikel „De operatiën der Centralen tegen Servie waaruit zal blijken, wat een kleine Staat, dien het met de verde diging ernst is, vermag. In Van oefenen en oefeningen" bespreekt T. Roupié o. a. het nadeel van het lang verkeeren in een overgangsstadium, wat organisatie en bewapening betreft. Hij bepleit het alvast met de beschikbare middelen oprichten van oeteneenheden, opdat kunne worden geoefend op de wijze zooals het moderne gevecht dat eisch'. „Een ieder kan dan uit zijn arbeid iets zien gromen en weet, dat hij niet bezig gehouden wordt met bezighouden" Kapitein Scheffelaar en luitenant van den Hoogenband zetten hunne denkbeelden uiteen omtrent de Militaire School, De eerste is voor ophef fen en wil de a.s. officieren recruteeren uit hen, die de H. B.S.-5 hebben docr oopen. Hij wil, en terecht, alleen volwaardige elementen aannemen. De laatste komt tot een oplossing, waarbij de M.S. een soort C. S. zou worden, verlengd met een derde jaar, waarin de opleiding tot vaandrig zou kunnen plaats hebben. De opleiding der reserveofficieren zou hieraan kunnen worden gekoppeld. Er zijn verschillende wegen, die naar Rome leiden, doch voor alles hoede men zich voor transigeeren met toelatings- die van H^B E™. ontwikkeling, volkomen gelijkwaardig aan die van H. B. S.ers-5, is noodig. Beter een tekort dan een ontoelaatbare daling van het peil, tegenwoordig meer dan ooit. Kapitein Slothouber vervolgt „Voorbereiding van het artillerievuur" en bespreekt de bepaling van correctie voor wind, temperatuur, proiectiel- gewicht, alsmede het doel van vereveningsvuren In „Kledingverstrekking enz." betoogt luitenant van Wichen, dat de grondoorzaak voor het minder voldoen van het tegenwoordige stelsel is gelegen in het feit, dat de Intendance-prijzen bewerken, dat de goede ren op den pasar worden gekocht. „Laat deze oorzaak worden weggeno men en het tegenwoordige stelsel voldoet uitstekend". In een naschrift doet kapitein de Bakker uitkomen, dat de zaak niet zoo eenvoudig is. Ons wil het voorkomen, dat het stelsel in de eerste plaals den man dui delijk voor oogen moet stellen, dat hij recht heeft op kleeding en niet op geld. cJ?aer°P gJ een °,Yerzicht van het verslag der Slaatscommissie, inge- steld inzake de regeling van het militair onderwijs. De commissie zegt- 'a VOi-"]'?g van de" a's' verlofsofficier blijve hoofdzaak". Zij wenscht h! iaov j voor beroepsofficier practisch uitsluitend te betrekken uit de leerlingen der S. V. O. Hare conclusies luiden als volgt: Het is noodig eene wettelijke regeling te ontwerpen voor het militair onderwijs, waarbij de opleiding der a.s. beroeps- en verlofsofficieren op de- uit 3e feTrïngef3er S.V O6" beroePsofficier wordt gerecruteerd ,„2n,De S.V. O. behooren te blijven gehandhaafd. Voor wat den genees kundigen dienst aangaat is de commissie van oordeel, dat voor de opleiding der reserve-officieren eveneens partij zoude kunnen worden getrokken van een deel van het onderwijs bij bovenbedoelde scholen. 3. Het bezit van het diploma eindexamen eener H. B. S. met vijfjarigen cursus of gymnasium dan wel van een daarmede gelijk gesteld getuigschrift kuClieillromen worden om voor as- beroepsofficier in aanmerking te 4. Voor den verdienstelijken onderofficier uit den troep moet bii alle wapens de weg openstaan om den officiersrang te verwerven, door hem indien hij daarvoor in aanmerking komt, de gelegenheid te geven de 5. De leiding van het militair onderwijs behoort te worden opgedragen vin SlogUVerneUr d6r K-M-A' die rechtstreeks staat onder den minister

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 54