gecementeerde kuipen en groote vaten niet electrische pompen, waardoor een groot aantal kleinere vaten kon worden gevuld. Ten slotte was het noodig de transportkwestie te regelen en voorts die der vaatjes voor de verzending der wijn naar de troepen. Voor het transport van de uit Agerie afkomstige wijn werden groote stevige fusten met een inhoud van 600 L. benut, welke in staat waren om de opstapelingen in het ruim van het schip te verduren. Deze waren van eene bijzondere uit Amerika afkomstige houtsooit vervaardigd, waarvan de import sedert den oorlog was gestaakt, zoodat met die vaten met veel zorg moest worden omgegaan. Voor de verzending van de entrepots naar de st. m. bezigde men reservoir wagons, waarover een speciale te Montpellier gevestigde dienst ging. Het was verboden deze wagons te laten rijden tot de gares de ravitaillement, omdat deze zich minder goed leenden voor eene vlugge distributie van den inhoud en de wagons vaak ontdaan van al hunne onderdeelen terugkeerden. Voor de verzending van de st. m. naar de gares de ravitaillement zijn vaten van allerlei model gebezigd, maar het ondeihoud daar van in de reparatie-ateliers van de st. m. leverde de grootste moeilijkheden op. Niettegenstaande al de hiervorenonrschreven maatregelen was men niet in staat de benoodigde hoeveelheden wijn uit het eigen land te betrekken en in 1915 moesten nog 600.000 HL. uit Spanje en Portugal worden ingevoerd. (Wordt vervolgd). 2. HET DUITSCHE INFANTERIE VOORSCHRIFT. (Vervolg) door M. R. H. Calmeyer. Deel III bevat het exercitie-, tevens gevechtsvoorschrift van de als 4e compagnie per bataljon ingedeelde zware mitrailleur compagnie (Mach. Gew. Komp.) en is verdeeld in: A. De opleiding aan het enkele stuk. B. De Z. M. sectie. C. De Z. M. compagnie. Het moet een navolgenswaardige gedachte genoemd worden, dat dit voorschrift in het lichaam van het infanteriereglement is opgenomen, omdat de gebruikers hiervan er op deze wijze steeds aan worden herinnerd, dat de Z. M.'s een onafscheidelijk deel van hun wapen vormen. Ook wordt door de samenvatting van alles, wat op moreel en tactisch gebied voor den infanterist van belang is, in één boekwerk, het overzicht en de studie dezer onder werpen belangrijk vergemakkelijkt. Men heeft dit deeltje van het i). Zie M. 77' 1924 No. 6, 8 en 9. 660

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 20