De landing moest uitgevoerd worden in den nacht van 1 op 2 November of zoo spoedig daarna als het weder zou toelaten. Bekend was, dat het landingspunt vrij van mijnen was en dat tot op 27 October daar geen onderwaterhindernissen waren aange legd. Te gelijker tijd zou een 2e divisie aan de andere zijde van de& te bereiken haven landen en de 3e en 4e van het zelfde exp. corps zouden in den nacht van 3 4 November voor de kust komen en op een van de beide landingsplaatsen worden ontscheept. Eenige berichten van den inlichtingendienst omtrent de vijande lijke gróepeeringen werden ten slotte nog gegeven. De divisie-commandant kreeg opdracht te confereeren met den admiraal en in gemeenschappelijk overleg de landing te regelen. Ook in Amerika hecht men uiteraard veel gewicht aan de samen werking der marine en landmacht autoriteiten bij de expeditie, maar „final decisions as to points and methode of landing rest with the army commander after consultation with the navy com mander as to practicability of landing at points desired and the naval assistance required". Een beginsel, dat vermelding veidient als afwijkend van hetgeen onze LS 11 voorstaat en dat overeen stemt met de Duitsche opvattingen. In het uitgewerkte landingsbevel zien wij de macht in drieën gedeeld, n. 1. 2 detachementen A en B en de reserve. Daar echter de divisie slechts uit 2 brigades bestaat, elk 2 regimenten-infanterie a 3 bataljons bevattend (12 bataljons per divisie), blijkt dadelijk als nadeel van de tweedeeling, dat, om het derde deel, de reserve, te vormen, men beide hoofdonderdeelen moet aanspreken. Van het detachement A worden 1550 man om 6.v. ontscheept en telkens na een uur weder dezelfde sterkte. Bij B is die sterkte 1500 man. Gerekend wordt, dat de reserve om 10.v. zal kunnen lan den. Elk detachement krijgt zijn eigen landingspunt en opdracht. Om 5.v. begint het vuur der marine. Bepaalde terreingedeel ten worden met gasprojectielen bestrooid, terwijl het voorwaarts gaan der infanterie door neutraliseerend artillerievuur en rookpro- jectielen gedekt wordt. De eerste landing wordt beschermd door een hevig artillerievuur en door rook van dicht onder de kust varende schepen. De 15 cM. Hw. staan om 4.v. op dek gereed tot vuren. Het luchtafweergeschut blijft aanvankelijk aan boord vuurbereid, om daarna om 10.v. te landen. Vliegtuigen zullen om het uur de plaats van de voorste linie opnemen en krijgen verder artillerie- en verkenningsopdrachten. Beide detachementen zien hun landing dekken door daartoe aangewezen oorlogsschepen, die tot opdracht hebben het met gas projectielen beschieten van bepaalde punten, bevuren van de kust, vijandelijke artillerie, verdedigers, vuur op een stuk spoorbaan en •op een spoorbrug, het in brand schieten van een bepaalde wijk, 683

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 43