Tweede beginsel. Voorwaarts gaan eischt vuur- overwicht. De ondervinding van den grooten oorlog heeft ontwijfelbaar deze waarheid bevestigd, dat een troep infanterie zich niet kan bewegen in het gezicht van een vijand, die nog over zijn vuurkracht beschikt en vrijheid heeft, deze te hanteeren. En wanneer de vijand gedekt is door hindernissen, is vooruitgaan niet mogelijk dan na de ge- heele of gedeeltelijke vernieling daarvan. Het vooruitgaan van infanterie onder vuur moet dus worden voorafgegaan door een periode van voorbereiding, die ten doel heeft, de vuurkracht van den vijand te breken en z. n. de infanterie een weg te banen door de hindernissen. Al naar gelang van de middelen waarover de aanvaller beschikt en de mate van 's vijands weerstanden zal de voorbereiding korter of langer duren, maar in ieder geval moet met alle middelen naar het vuuroverwicht worden gestreefd. De voorbereiding van den aanval is vooral werk voor de artil lerie, die de vuurkracht van de aanvalsdoelen der infanterie ver nietigt, neutraliseert of vermindert. In versterkt terrein beschikt de aanval doorgaans over een machtige artillerie, ruim van munitie voorzien, de doelen zijn scherp aangegeven, de voorbereiding kan ampel plaats hebben en heeft veel kans een vuuroverwicht te bewerken, dat voor den ge- heelen duur van den aanval gevestigd blijft. Maar in open terreinen zijn de middelen van de artillerie beperk ter, er is minder munitie beschikbaar, de doelen zijn minder scherp vastgelegd en om al deze redenen zal de voorbereiding niet meer dan een tijdelijk vuuroverwicht kunnen bewerkstelligen, dat slechts aanwezig zal zijn in de eerste phase van den aanval. Des vijands vuur zal daarop weder zoo krachtig worden, dat de infanterie door de intredende verliezen de voorwaartsche beweging moet staken. En de aanval zal wederom het vuuroverwicht hebben te bevechten. Dit overwicht zal volkomen zijn, wanneer de voorbereiding erin slaagt het vuur van den tegenstander totaal te dooven. Dan heeft de infanterie niet anders te doen dan het door haar aangevallen terrein te bezetten. Het overwicht kan, zonder volledig te zijn, nochthans voldoende wezen, om de infanterie het voorwaarts gaan mogelijk te maken zonder dat te groote verliezen intreden. Men kan zeggen, dat zij dan vooruit zal gaan zoolang de moreele kracht waarover zij beschikt dat toelaat. Er zijn verschillende methoden beproefd om te trachten gedu rende een aanval het vuuroverwicht, in den aanvang behaald, te behouden. De eerste manier is deze, dat de artillerie voor de infanterie een vuurgordijn legt, om den vijand te noodzaken gedekt te blijven liggen en niet of slecht te schieten. Dit vuur gaat voor de infanterie 748

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1924 | | pagina 40