handelen. Ik zal hen indifferent noemen. Zij vorihen de slechtste
soort soldaten. Hun gelaattype is uit bijgaande foto's 1te onder
kennen.
(Wordt vervolgd).
3. EEN EN ANDER OVER MOTOR-ARTILLERIE, 2)
door J. OTTO.
I. Het vooral in den laatsten wereldoorlog in alle moderne legers
op den voorgrond gekomen vraagstuk van de motoriseering der
artillerietrekkracht doet mij, na het verkrijgen van verschillende
ervaringen als batterij-commandant bij dit deel van de N. I.
artillerie, naar de pen grijpen om in het ondervolgende opstel
te wijzen op verschillende punten, waarop m. i. verbetering
mogelijk is van het wapenonderdeel, dat niet alleen met de noodige
bescheidenheid, maar ook met alle het rechtens toekomende
korpstrots zijn plaats bij de mobiele artillerie naast de veld- en
de bergartillerie inneemt, en dat er prijs op stelt, zich nog verder
te ontwikkelen tot een zoo bruikbaar en krachtig mogelijk instru
ment in de handen der bevelvoerenden, opdat het de waardeering
zal deelachtig worden, die het toekomt.
Wat wij op het oogenblik in Indië aan motor-artillerie hebben
kan, door de wijze, waarop het is ontstaan en gegroeid, nog niet
in die mate voldoen als wel gewenscht zou zijn en ook m. i. mo
gelijk is.
De geschutsoort is niet de juiste. Met meer voordeel kan men
van de autotractie gebruik maken om veldhouwitsers, b. v. 10,5
c. M. snelvuur, bij het veldleger mede te voeren 3). De moderne
snelvuurveldhouwitsers van dit kaliber behoeven niet zwaarder
te zijn dan onze kanonnen van 7,5 c. M. L|30 (1200 K. G.), en
zijn beter met handen te vervoeren bij het in stelling komen door
anders gevonnden staart, ligging van het zwaartepunt, enz.
De bepakking is door de inrichting van den bovenbouw der
motorvoertuigen niet overzichtelijk en niet economisch in ruimte
gebruik, althans voor zoover dit nu reeds geregeld is. De uitrusting
heeft in den laatsten tijd zulke ingrijpende veranderingen onder
gaan, dat de bepakkingswijze weder alle aandacht behoeft. Deze
toch is van grooten invloed op de snelheid, waarmede de batterijen
in werking kunnen worden gebracht. De vervoerwijze der
geschutmunitie, zooals die thans geregeld is, is voor verbetering
vatbaar. De verpakking (4 patronen in een eenvoudige houten
Zie bladzijden 93 t/m 98.
2) Met twee platen.
3) Vlakbaaiigeschut van 7.5 c. M. is voorloopig bij de motor-artillerie
ingedeeld, in afwachting van de aanschaffing van snelvuurhouwitsers. (Red.)
100