bijbedoelingen schuilen. Ook laat hem zijn gering zelfvertrouwen niet voldoende voor de waarheid opkomen, b. v. bij suggestief vragen. Hij mist de „gedragslijn" en de zelfbewuste kracht dei- overtuiging. Bij een scherp verhoor stelt de Inlander een zaak anders voor dan bij een gewoon gesprek. Ook bij het simuleeren (dat bij den Inlander minder vaak voorkomt dan bij den Euro peaan) wordt geen systeem gevolgd. Er wordt star volgehouden bij enkele soms weinig onderling verband houdende symptomen. De jonge recruten simuleeren zeer zelden. Zij missen het zelfver trouwen om den dokter om den tuin te kunnen leiden. Het is ver keerd om aan te nemen, dat de Inlander nooit een eigen meening er op na houdt en zich gemakkelijk laat ompraten. Hij heeft wel een meening in vele opzichten, maar hij komt door zijn gering zelfver trouwen en zijn geringe activiteit niet voldoende voor deze meening op: waar zijn persoonlijk belang er niet mee gemoeid is, laat hij graag 2 maal 2 5 zijn, m. a. w. geeft aan een ander gauw gelijk of hij geeft, zooals reeds gezegd, het eerste het beste antwoord om er maar van af te zijn. Zijn sexueel leven wordt losbandig genoemd, m. i. ten onrechte. Hij is hierin laks, maar niet hartstochtelijk en losbandig. Echten hartstocht toont hij slechts in de jaloersehheid, die niet altijd op sexualiteit gebaseerd is. Hij is een gepassioneerd (ijverig) lief hebber op dezelfde wijze, als hij een gepassioneerd speler is, maar zonder een gevaarlijken, niets ontzienden hartstocht. In de kazerne komt amok uit jaloersehheid vaak, maar uit versmade liefde zeer zelden of heelemaal niet voor. De Inlander houdt zich met vrouwen veel bezig, ofschoon hij niet hartstochtelijk van aard is. Overigens is de jaloersehheid van den Inlander minder gevaar lijk dan die van den Amboinees of Manadonees, die over meer emotionaliteit en meer activiteit beschikken. Sexueele onthouding kan de Inlander zeer goed volhouden, verkrachtingen b. v. komen zelfs na jaren lange onthouding uiterst zelden voor. Sexueele per versiteiten komen onder hen zeer zelden voor. De Europeaan is sexueel veel hartstochtelijker. Op de buitenbezittingen, waar slechts weinig vrouwen zijn en langdurig coelibaat noodig is, ziet men de inheeinsche landaarden zich waardiger gedragen dan de Europeesche. Ook het spelen om geld gaat niet met grooten harts tocht gepaard. Emotioneele uitingen zijn daarbij zelden. De Inlan der neemt weinig aandeel aan de buitenwereld; zijn leven is arm aan positieve gevoelens; sexualiteit en spel voorzien hierin en vullen bij hem een leegte aan. Zoo doet zich een belangrijk deel der Inlandsche (d. i. uit Java komende) landaarden van het leger aan ons voor. Er zijn natuur lijk ook typen daarbij, die ver boven of beneden de hier geschetsten staan. Om den Inlander in het geheel infantiel te noemen, daar voor bestaan geen geldige redenen. Enkele eigenschappen zien er wel is waar zoo uit, maar het geheele voorkomen, de geringe emo- 152

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1925 | | pagina 16