bemoeilijkt. Het type Tjitro simuleert zelden, wel tracht hij vaak
zijn ziekte geheim te houden.
Is hij door zijn eerste dienstverband heen gekomen, dan dient
hij veilig, zonder wenschen en klachten, door in de onaantastbare
positie van een ambtenaar. Zijn routine is in enkele opzichten toe
genomen, maar bijgeleerd heeft hij verder niets. Voor vredesdiensten
is hij goed, maar voor buitengewone eischen moet hij zich eerst
bijzonder aanpassen. Als soldaat tegen den B. V. zal hij daarom
vermoedelijk niet uitmunten. Hij gaat meestal model gekleed, soms
wel wat slordig; overigens is hij een goed dienstdoener.Zijn straf
hoek toont slechts af en toe de mutatie: om geld gespeeld op een
tijdstip waarop zulks verboden was. Hij is ook makkelijk handel
baar, genoegzaam, verdraagzaam, goed bestand tegen vermoeienis
sen en geen mopperaar. Verder is hij een goed familievader en houdt
zich in zijn vrijen tijd zeer veel met zijn gezin bezig. Na jaren zien
wij hem, bescheiden en beleefd, goedmoedig, trouw en sympathiek,
eventueel voorzien van een sikje als teeken van beginnenden ouder
dom, nog steeds bij zijn compagnie doordienen of geëmployeerd
als paardenoppasser, ordonnans of dagverblijfhouder. Het leven
in de kazerne is hem tot een tweede natuur geworden. Hij mist
daar weinig. De kazerne is, vooral op de kleine buitenposten, een
ware kampong, met al zijn gekonkel, met speelpartijen, feesten,
warongs, vriend- en vijandschappen, woekeraars, enz. Tengevolge
van de geringe individualiteit van den Inlander en zijn kalmen
aard speelt zich dit kampongleven in de kazerne af onder
een kalme oppervlakte, zonder dat er ernstige wrijvingen plaats
hebben en zonder dat er veel aan den buitenstaander opvalt 1).
Zoo is (m'isschien wel wat aangedikt) het type Tjitrotaroeno.
Men kan hem onderbrengen onder de amorphen, de apathen en
in uiterste gevallen onder de indifferenten. Men mag zich echter
niet voorstellen, dat deze typen doorgaans dom moeten zijn. Wii
vinden o. a. onder de meer secundair geaarde apathische typen
personen, die wel is waar als militair niet uitmunten, maar overi
gens in de samenleving wel heel pienter kunnen zijn. Bedoeld zijn
de warong- en dagverblijfhouders, schoenmakers en andere geëm
ployeerden, die een aardig duitje kunnen sparen en soms als geld
schieter zaken doen. Haast elke kazerne beschikt over dergelijke
typen. Het amorphe type mogen wij ook niet als onveranderlijk
beschouwen; op lateren leeftijd neemt b. v. zijn secundaire functie
■toe en wijzigt zoo zijn karakter. Ook andere karaktertypen kunnen
soortgelijke veranderingen ondergaan.
Zoo was het b. v. op een kleinen post op de buitenbezittingen mo
gelijk, dat een dwangarbeider in de dwangarbeidersloods, die in het kam
pement ligt, al jaren getrouwd was en daar met de vrouw ook kinderen
had. Hij werd verraden door een fuselier, die het bij het spelen met
hem aan den stok had gekregen.
158