die infanterie begeleidt (artillerie d'accompagnement immédiat). De div. artillerie wordt dus niet voor contrabatterijen gebruikt. ad 1- De steunende artillerie werkt mede aan de op drachten door den A. B. aan de infanterie gesteld. Ze staat onder commando van den conrdt van de divisie-artillerie, die haar in zet op bevel van den divisie-comdt. De commandanten van d'e artillerie-afdeelingen houden innige verbinding met de infanterie, die optreedt in haar normale strook. Deze verbinding wordt tot stand gebracht door middel van verbindingsgroepen en veelvuldig persoonlijk contact. De normale strooken van de artillerie-afdeelingen komen in principe overeen met de aanvalsstrooken van de infanterie. Door het feit, dat die afdeelingen bovendien extra strooken krijgen heeft de comdt der divisie-artillerie het in de hand, het artillerie-vuur tijdens het gevecht op gewenschte momenten op de gewilde plaatsen te concentreeren. Bij het offensief neemt het vuur van de steunende artillerie nu eens den vorm aan van een vuurwals, dan weer van machtige concentraties op achtereenvolgende doelen. De artillerie-afdeelingen verplaatsen zich alleen wanneer ze het voorwaartsgaan van de infanterie met hun vuur niet meer kunnen volgen. Ze gaan dan met groote sprongen (de helft van de dracht), echelonsgewijze vooruit. Het begin van deze verplaatsing schept een lastige phase voor de infanterie (zie hierna ,,2de phase van den aanval"). ad 2. De begeleidende artillerie bestaat uit bat terijen of sectiën lichte artillerie, ter beschikking van de infanterie- comniandanten (divisie-, regts- of bataljons-comdtn), die voor deze artillerie de opdrachten bepalen en de strooken waarin zii stelling moeten nemen. De artillerie-comdt bevindt zich als regel bij den infanterie-comdt onder wiens bevelen hij gesteld is. Deze artillerie begeleidt de infanterie van zoo nabij mogelijk en wordt zoo dicht mogelijk bij de doelen in stelling gebracht. II. Algemeen verloop van een infanteriegevecht. Als het meest algemeene geval van een infanteriegevecht beschrijft het reglement een met een offensief doel aangegaan gevecht, in den loop waarvan gebruik gemaakt wordt zoowel van het offensief als van het defensief. Het gevecht kan van eenigen duur zijn: de phasen kunnen elkaar met onderbreking van dagen, van weken, ja zelfs van maanden opvolgen, gedurende welken tijd de voorste afdeelingen dan d'efensief blijven. 205

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1925 | | pagina 5