1. HET FRANSCHE GEVECHTSVOORSCHRIFT VOOR DE
INFANTERIE VAN 1 FEBRUARI 1920, 1)
door L. DEIBEL.
Vooropgesteld wordt, dat dit reglement nog onder den invloed
van den loopgravenstrijd is samengesteld.
De nieuwe Fransche voorschriften, geldende voor alle wapens,
waren nog in bewerking, toen het gevechtsvoorschrift voor de
infanterie verscheen. Om die reden is dit reglement geworden:
een G. H., een V. V. en een Gevechtsvoorschrift voor de Infanterie
in één deel.
Het geldt meer bijzonder voor de infanterie van de divisie in le
linie.
Algemeen.
A. De taak van de infanterie.
De taak van de infanterie op het gevechtsveld is gebleven:
het veroveren van het terrein en het behouden daarvan.
Deze taak kan zij niet alléén volbrengen; zij behoeft daarbij den
vollen steun van de andere wapens.
B. De infanteri e-m anoeuvre.
De infanterie-manoeuvre wordt gevormd door de beide elemen
ten „vuur" en „beweging", die onafscheidelijk van elkaar zijn.
Hoewel het vuur van overwegend belang is, mag het in geen
geval ten koste van de beweging gaan! Immers alléén de beweging
brengt de beslissing; het vuur is enkel het middel om de beweging-
mogelijk te maken. De voorwaartsche beweging moet dan ook
aanvangen, zoodra het vuur die met minder verliezen mogelijk
maakt; een algeheele vernieling noch een absolute neutraliseering
van de vijandelijke verdedigingsorganen mag dus worden afge
wacht.
Dit vernietigings- en dit neutraliseeringsvuur wordt afgegeven
door de artillerie en door de infanterie zelf. 2)
Met 3 bijlagen.
2). Zie bijlage 1.
201