hij tegemoet, zoowel aan de wenschen der Geallieerden als aan de linksche partijen, daar Roques bekend stond als een goed repu blikein. Bovendien was deze inspectie niet een, uitgaande van het Hkw., maar van de regeering. Het rapport zou dus uitgebracht worden aan deze laatste en Joffre bleef geheel en al daarbuiten. Ook plaatste thans zich de regeering tusschen Joffre en Sarrail en verzachtte zij dus blijkbaar de ondergeschiktheid van dezen laatste aan den eerste. Het rapport van Roques luidde gunstig voor Sarrail, zoodat er geen gevaar meer bestond, dat Briand hem zou moeten opoffe ren en een ministeriëele crisis was voorkomen. De Geallieerden bogen zich voor dat rapport en vroegen alleen, dat Sarrail zich voortaan niet meer met de politiek zou bemoeien. Intusschen had in Frankrijk een wapenfeit plaats gehad, dat de quaestie van de vervanging van Joffre weer met kracht naar voren bracht, n. 1. de verovering van Douaumont op de Duitschers door Nivelle. Vooral moreel had deze overwinning in Frankrijk groote gevolgen en men zag in Nivelle een genie van den eersten rang, wien het gelukt was, mede door zijn initiatief, den vijand met geringe verliezen een zeer sterk punt te ontnemen, daarbij dien vijand zeer zware verliezen toebrengende. De oppositie stelde hem dan ook voor als candidaat voor de vervanging van joffre, waartoe men nu gerust zou kunnen overgaan. Thans deed Briand uit overwegingen van politiek zelf pogingen om Joffre er toe te bewegen afstand te doen van het onmiddellijk bevel over de legers in Frankrijk. Wel meende hij in het Parlement Clog altijd een meerderheid te kunnen vinden, welke hem zou steunen in het handhaven van Joffre, maar hij verwachtte, dat wanneer thans de quaestie van het opperbevel daar zou worden behandeld, die meerderheid zoo gering zou zijn, dat het voortbe staan van het kabinet zelf zeer moeilijk zou worden en dit betee- kende feitelijk een volledige nederlaag voor Joffre. Hij besloot daarom te beproeven Joffre over te halen zelf van het directe bevel afstand te doen, waardoor het behoud van den generaal aan het hoofd der Fr. legers met al het prestige van zijn naam mogelijk zou zijn. Om de bitterheid van den maatregel te verzachten, zou hem meer openlijke eer moeten worden ge schonken. Aanvankelijk stuitte alles af op de onverzettelijkheid van Joffre, die weigerde om van eenig bevel afstand te doen, tenzij hem ook het opperbevel werd ontnomen. Maar dit juist wilde Briand niet; zijn naam moest voor het leger bewaard blijven. Eindelijk, 3 Dec. 1916 gaf Joffre toe en den volgenden dag reeds deelde Briand in de in geheime zitting vereenigde Kamer mede, dat de opperbevelhebber zijn hkw. te Parijs zou vestigen; dat een ander als bevelhebber over de legers aan het Fr. front zou worden benoemd; dat die legers, zoomede dat in Macedonië 350

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1925 | | pagina 8