ren en zich slechts vluchtig ingegraven hadden. Hoe dit zij,
de Duito diers braken door een sluier veiligheidsafdeelingen
heen en stieten om 9.30 n. m. op 5 K. M. van hun uitgangspunt,
in helder maanlicht, op een sterke vijandelijke afdeeling met
mitr.'s in goede loopgraven. Dit was de op den linker vleu
gel der Britsche strijdkrachten in een versterkt kamp gele
gerde brig. Sheppard, bestaande uit 3 bat.'s en cav. Er
ontwikkelde zich een hevig gevecht, waarin de Duitschers
zware verliezen leden w. o. 3 der comp. en., en waarin
zegt Arning hunne Askari's toonden zich „g anz und
g a r" niet voor nachtgevechten te leenen, terwijl ook de ge
oefendheid van aanvoerders en troepen voor dezen moeilijken
gevechtsvorm onvoldoende bleek. Lettow zag in, dat een alge-
meene stormaanval geen kans op slagen bood en brak om
streeks middernacht het gevecht af. Onder de Duitsche aan
voerders, die hunne Inheemsche troepen het beste kenden,
heerschie algemeen het gevoelen, dat deze ééne mislukte
nachtaanval het moreel meer geschokt had dan de geheele
terugtocht en de neerdrukkende invloed ervan eerst na ge-
ruimen tijd overwonnen werd.
Den volgenden dag gingen de Engelschen, wier zelfvertrou
wen gestegen was, tot den aanval op de D. achterhoede over
(zie IV).
Blijkt hieruit weder ten volle, hoe naast tactische en technische
bekwaamheden, de innerlijke eigenschappen van den troep
samen te vatten als het moreel van beslissenden invloed op
den loop van het gevecht zijn, in niet mindere mate geldt dit van
de aanvoerders, want „la bataille est la lutte de deux
chefs. Les ar méés ne sont que les instruments
de deux volontés opposée s". (Culmann)De Duitschers
ondervonden dit aan de Maine tot hun nadeel, in D. O. A. gewoon
lijk tot hun voordeel (XII), al hebben ook daar deze eigenschap
pen de schaal soms naar de andere zijde doen overslaan (XIII).
(XII). Na de mislukte landing bij Tanga (zie I) concen
treerde de toenmalige Britsche opperbevelhebber, gen. Tighe,
zijn hoofdmacht bij de Oeganda spoorbaan, vlak N. van
D. O. A. en schoof zijne troepen van hier langs de kust in de
richting van Tanga vooruit, waarbij o. a. het op D. gebied
gelegen J a s s i n i bezet en versterkt werd. Jassini was gele
gen in de N. W. hoek van een zich 1015 K. M. langs de
kust uitstrekkende klapperonderneming, welke tusschen de
klapperstammen geheel beplant was met de doornige, ook
in N. I. welbekende, agave. Het plaatsje bestond uit een
Inheenrsch dorp, met iets meer het land in de gebouwen der
onderneming. Lettow besloot, na een reeks verkenningen, den
vijand hier een klap toe te brengen en trok daartoe op 11
K. M. van Jassini 9 conipieën, 2 stukken M. 73 van 7,5 c. M.,
421