18. Gedurende den nacht mag in de stroomversnellingenreeks of 1
daar, waar beduidende grindbanken zijn, niet gevaren worden.
19. Beneden de grindbanken mag gedurende den nacht gevaren
worden mits het verband in het transport bewaard blijft.
20. De transporten mogen nimmer in den nacht thuiskomen, doch
wachten op voldoenden afstand van de eindbestemming het,,
aanbreken van den dag af.
TOELICHTINGEN.
ad 1. Men zal verstandig doen door nieuwelingen op de stroom
versnellingenrivieren eerst te doen invaren door bedreven
personen.
Thans zijn die pas aangekomenen geheel aan den mandoer
of tolk overgeleverd.
Het denkbeeld dat alleen Dajaks verstand van stroomver
snellingen varen zouden hebben, is allang naar het land
der sprookjes verhuisd
Hoe meer men zich onafhankelijk maakt van die lieden, hoe
beter het gaat.
ad 2. Een grondige inspectie over de prauwen is zeer noodzake
lijk, vooral wanneer met prauwen van de bevolking wordt
gevaren.
Hiervoor dient in het bijzonder de detachementscomman
dant mede aansprakelijk te worden gesteld,
ad 3. De verdeeling der roeikrachten dient goed te worden nage
gaan. Dit aan den mandoer over te laten is niet altijd goed,
omdat Dajaks precies menschen zijn. De krachtige roeiers
gaan bij elkaar in de beste en lichtste prauwen en de stunr-
perds in de andere,
ad 4. Dit punt verdient in het bijzonder de aandacht bij de vaart
naar beneden. Naar beneden gaande mag een prauw lang
niet zoo zwaar beladen zijn als bij de vaart naar boven.
Vooral dient er op gelet te worden wat de Dajaks mede-
nemen en daarmede moet natuurlijk rekening worden ge
houden. Het gebeurt niet zelden, dat zij enkele pikols getah
medenemen en dat daardoor de prauw veel te zwaar bela
den wordt.
Bijna alle ongelukken met ernstig gevolg hebben plaats bij
de vaart naar beneden,
ad 5. Aan den transportcommandant dient de noodige vrijheid
te worden gelaten voor wat betreft het bivak betrekken.
Het aangeven van de vaaruren moet dus niet als geheel
bindend worden beschouwd. Verschillende onvoorziene
omstandigheden kunnen haar invloed doen gelden; zoo b. v.
de weersgesteldheid.
Toch is het goed dit punt altijd op te nemen in een instruc
tie.
500